SARS-virus nieuw bij mens en dier
Het virus dat waarschijnlijk de veroorzaker is van de vooral in Azië woedende longziekte, is nog niet eerder bij mens of dier gesignaleerd. Het lijkt een nieuwe tak te zijn van de coronavirusfamilie.
Er waren wel twee andere leden van deze familie bekend. Dat zijn verkoudheidsvirussen, aldus prof. dr. A. Osterhaus van het Nationaal Influenza Centrum (NIC) in Rotterdam donderdag.
Het is volgens Osterhaus nog niet helemaal bewezen dat dit virus de oorzaak van de longziekte Severe Acute Respiratory Syndrome (SARS) is. Het is wel zeer waarschijnlijk de primaire boosdoener, omdat het merendeel van de patiënten met het virus besmet is.
De viroloog sluit echter niet uit dat er nog een tweede virus een rol speelt. Bij ongeveer de helft van de patiënten in Canada en Hongkong is ook het metapneumovirus aangetroffen. Het NIC heeft dat virus twee jaar geleden ontdekt. Deze ziekteverwekker veroorzaakt ernstige luchtweginfecties bij kinderen en oude mensen.
Dankzij de ontdekking van het coronavirus is het nu mogelijk diagnostische tests te doen. Op dit moment gebeurt dat nog op kleine schaal, maar Osterhaus verwacht dat er op korte termijn middelen beschikbaar zijn om mensen op grotere schaal te testen. Het NIC verricht voornamelijk genetisch onderzoek naar het virus.
Belangrijkste voordeel daarvan is volgens Osterhaus dat potentiële patiënten niet in een ziekenhuis hoeven te worden opgenomen. Blootstelling aan een mogelijke besmetting is zo te voorkomen. Verder is het mogelijk meer gericht preventieve maatregelen te nemen tegen verdere verspreiding.
Over de behandeling van de ziekte is nog niet veel nieuws te melden. Er wordt op dit moment geëxperimenteerd met antivirale middelen in Hongkong. Volgens Osterhaus wordt de ziekte vooralsnog behandeld als een ernstige longontsteking.
Hij benadrukt dat lang niet alle mensen die besmet zijn aan de ziekte overlijden. Het merendeel wordt weer beter. De ziekte begint als een relatief onschuldige luchtweginfectie. Als mensen overlijden, gebeurt dit gemiddeld tussen de een en drie weken nadat de ziekte zich heeft geopenbaard. Er zijn volgens Osterhaus nog geen aanwijzingen van besmettingen in Nederland.