Regeldrift onstuitbaar
Het huidige kabinet heeft niet het mes gezet in de almaar voortwoekerende regeldrift. Ook een volgend kabinet zal dat niet doen. Het aantal regels zal eerder meer dan minder worden.
Na vijftien jaar zonder succes tegen het „regelvirus” gestreden te hebben, is burgemeester T. Rombouts van ’s Hertogenbosch erg somber over de kans dat dit onderwerp ooit nog op de politieke agenda komt. „Veel juristen zijn het over de wenselijkheid hiervan eens, maar politici laten het afweten.”
Rombouts zei dat woensdag tijdens een minisymposium in Amsterdam over de vraag of de rechtsstaat dreigt vast te lopen. De veelheid aan regels noemde hij „soms een echte ramp.” Zelfs bestuurders lukt het volgens hem vaak niet „de weg te vinden in het oerwoud van regels, laat staan de eerzame burgers.” Dat is slecht voor de geloofwaardigheid en daadkracht van de overheid, aldus Rombouts.
Als voorbeeld voerde hij de pogingen aan van het gemeentebestuur van Den Bosch om het ontbrekende gedeelte van een rondweg aan te leggen. Dat plan loopt al vanaf 1987. Na twaalf jaar oordeelde de Raad van State dat de weg in strijd zou zijn met het streekplan omdat er een alternatief is. Die uitspraak was gebaseerd op een plan van een milieugroep dat „op de achterkant van een gebruikt papiertje” was uitgewerkt.
Even zag het ernaar uit dat in 2005 met de aanleg zou kunnen worden begonnen, maar toen gooide de provincie roet in het eten. Den Bosch wil, om de geluidsoverlast te beperken, de maximumsnelheid op 50 km houden, de provincie eist 70.
Tegen de aanleg van het stuk snelweg waren 21 bezwaarmogelijkheden, die alle zijn benut. In Den Bosch is volgens Rombouts slechts één milieugroep actief, maar die is wel in staat allerlei plannen tegen te houden. Bij de gemeente heerst nu moedeloosheid. „De gedachte is dat het toch niets wordt met nieuwe voornemens. Alles strandt bij de rechter.”
Hij vindt dat drie bezwaarmogelijkheden het maximum is. „Als een ondernemer in de binnenstad een horecabedrijf wil opzetten, krijgt hij te maken met een veelheid aan eisen, wetten en regels. Daar kan bezwaar tegen gemaakt worden, wat eindeloos gaat duren.” Hij bepleit eenzelfde regeling als voor asielzoekers: binnen een jaar duidelijkheid.
Mr. N. Schipper, president van het Amsterdamse gerechtshof, keerde zich tegen de roep om het invullen van regels over te laten aan de rechterlijke macht. „De rechter moet niet op de stoel van de bestuurder gaan zitten. Dan moeten we ons straks gaan verantwoorden in praatprogramma’s op de tv en krijgen we Jan Mulder (een gevreesd commentator, red.) over ons heen.”
Ook de rechterlijke macht wordt volgens hem getroffen door het toenemend aantal regels. De werkdruk is zo sterk gestegen dat „het water over de schoenen loopt.” Vooral de strafrechtsector is naar zijn zeggen zwaar overbelast. Een van de oorzaken is volgens hem dat de verdachte centraal staat. „De vraag is voortdurend of de politie haar werk wel goed heeft gedaan en of het openbaar ministerie volgens de regels heeft gehandeld. Kunnen we daar niet eens vanaf?”
Volgens Schipper weigert ons land voldoende middelen uit te trekken voor de rechtshandhaving. „Wij willen voor een dubbeltje op de eerste rij zitten. In vergelijking met de landen om ons heen betalen wij het minst per inwoner aan de rechterlijke macht.” Onlangs kreeg het Amsterdamse hof toestemming het aantal strafkamers met drie uit te breiden „maar daar heb ik in Den Haag wel voor op mijn knieën moeten liggen”, aldus Schipper.