Gehandicapte voelt zich niet serieus genomen
Mensen met een verstandelijke beperking en hun familie vinden dat zorginstellingen hen vaak niet serieus nemen.
Dat blijkt uit een onderzoek van Janneke Barelds, die vrijdag op dit onderwerp promoveert aan de Universiteit van Tilburg.Er wordt te weinig geluisterd naar de wensen van gehandicapten en familie bij het zoeken naar passende woonvormen, arbeidsplaatsen en zorg, volgens het onderzoek.
Verstandelijk gehandicapten vinden dat hun begeleiders te weinig met hen persoonlijk spreken. Zij worden niet genoeg betrokken bij belangrijke beslissingen.
Ook zijn ze van mening dat ze te weinig informatie krijgen over de verschillende opties waaruit ze kunnen kiezen. Zij willen graag zorg uitproberen. Ook zouden zij graag hun zoektocht naar passende zorg willen evalueren, blijkt uit het onderzoek.
Vooral familieleden die hoger zijn opgeleid, zijn ontevreden. Zij zijn doorgaans mondig en houden het traject scherp in de gaten. Zij willen dat zij centraal worden gesteld. Ze hebben het idee dat ze uit het oog worden verloren.
Hoe groter het aantal instanties waarmee de verstandelijk gehandicapten en hun familie te maken hebben, hoe meer de betrokkenen klagen. Ze krijgen dan het gevoel dat ze van het kastje naar de muur worden gestuurd. Het liefst hebben zij een vast aanspreekpunt.
Barelds ontwikkelde een methode om de tevredenheid te peilen. Cliënten worden mondelinge vragen gesteld. De familie krijgt een schriftelijke vragenlijst voorgelegd. De onderzoekster hoopt dat het meetinstrument voortaan landelijk in de praktijk wordt toegepast, omdat dit ten goede komt van de kwaliteit van de zorg.
Verschillende instellingen hebben volgens haar al interesse getoond.