„Bij DNB werken teveel juristen”
Bij De Nederlandsche Bank (DNB) werken teveel juristen en te weinig economen. De eerste vinken alleen de eisen af waar een bank aan moet voldoen, terwijl de tweede categorie beter in staat is om toekomstige risico’s te onderkennen.
Dat zie econoom Sweder van Wijnbergen vanmorgen bij de commissie-De Wit. Deze commissie, onder leiding van SP-Tweede Kamerlid Jan de Wit, buigt zich over de oorzaken en structurele problemen in het financiële stelsel en beoordeelt de maatregelen die het kabinet heeft genomen.Volgens de econoom heeft DNB steken laten vallen in het toezicht ten tijde van de kredietcrisis. „De ratio’s van banken voldeden aan alle eisen, maar een econoom die de jaarrekening van bijvoorbeeld Icesace had bekeken, wist dat de bank met grote problemen kampte.”
Volgens Van Wijnbergen moeten toezichthouders zoals DNB foute prikkels in het systeem aanpakken. Dat is geen taak voor de politiek, aldus de econoom, waarmee hij impliciet ook vraagtekens stelde bij de parlementaire commissie-De Wit. „De politiek heeft de neiging om de praktijk van gisteren te verbieden, toezichouders moeten juist vooruit kijken.”
Van Wijnbergen werd vanmorgen gehoord na directeur Coen Teulings van het Centraal Planbureau. Oud-minister Onno Ruding en financieel topman Bert Brugging van de Rabobank mochten vanmiddag opdraven.
Later deze week komen onder meer oud-minister van Financiën Gerrit Zalm en voormalig topbankier Cees Maas aan het woord. De openbare hoorzittingen duren drie weken.
De commissie heeft de status van een onderzoekscommissie. Dat betekent dat de gehoorden niet onder ede staan, wat bij een parlementaire enquête wel het geval is.