De Roy van Zuydewijn diende een klacht in bij de Nationale ombudsman, omdat de rijksoverheid zich volgens hem ten onrechte heeft bemoeid met zijn privéleven. Brenninkmeijer concludeerde na het horen van getuigen dat hier geen sprake van is geweest.De Roy van Zuydewijn zei het te betreuren dat de ombudsman niet zoals hij had beloofd zijn rug heeft recht gehouden. Zijn advocaat Mark Meijjer noemde de verklaringen van de getuigen „voor een groot deel ongeloofwaardig". Het rapport is volgens hem bovendien onzorgvuldig opgesteld. „Dit is niet het rapport waar we op hadden gehoopt. Brenninkmeijer heeft niet, zoals hij heeft gezegd, de onderste steen boven gekregen".

De uitkomsten van het rapport kwamen voor het tweetal niet geheel uit de lucht vallen. „In oktober noemde de ombudsman, toen hij nog getuigen moest horen, het onderzoek al een uitgeknepen citroen", aldus Meijjer. Hoewel de contacten met Brenninkmeijer in eerste instantie prima verliepen, ontstond in mei een kentering. De advocaat wijt dat aan de brief die premier Balkenende destijds stuurde aan de ombudsman waarin hij hem erop wees dat hij niet bevoegd was onderzoek te doen naar het Kabinet der Koningin. Brenninkmeijer heeft het onderzoek toch kunnen voortzetten.

De Roy van Zuydewijn ziet zichzelf niet als verliezer. „Ik had niks te verliezen. Ik heb alleen een rapport onder ogen gekregen wat niet deugt". Hij geeft niet op en gaat door met zijn strijd. Hoe hij dat precies gaat doen, kon hij nog niet zeggen. „Ik ga diep adem halen en rustig vooruit wandelen. Al is de leugen nog zo snel, de waarheid achterhaalt hem wel".