Nicolaï kijkt uit naar rechtszaak Margarita
Prof. mr. Peter Nicolaï (55) bereidt zich voor op een mogelijke rechtszaak van prinses Margarita en haar man Edwin de Roy van Zuydewijn. Ze willen geld zien omdat ze door het Koninklijk Huis zouden zijn getreiterd, met als gevolg dat het bedrijfje van Edwin, Fincentives, schade leed.
Nicolaï, die zegt dat het het paar niet om geld gaat, ziet wel brood in het bewijsmateriaal. Hij zal zich in elk geval niet snel uit het veld laten slaan door de gevoeligheid van de kwestie en de gewichtigheid van sommige betrokken personen. Dat hij een juridische Draufgänger is, bleek al tijdens het proces in Den Haag van Willem Oltmans tegen de staat, waarin de crème de la crème van de samenleving werd opgeroepen als getuige. Oltmans claimde jaren terug miljoenen guldens van de staat, die hem stelselmatig zou hebben gedwarsboomd.
De rechtbank kwam door omstandigheden uiteindelijk niet tot een uitspraak, maar de zaak leidde er wel toe dat minister Van Aartsen van Buitenlandse Zaken en Oltmans het geschil door arbitrage oplosten. Oltmans werd 8 miljoen gulden rijker.
Nicolaï raakte, samen met zijn collega Helen Pasman, pas halverwege bij het langslepende proces van Oltmans betrokken. Het tweetal kreeg de hevig tegenstribbelende prinses Margriet zelfs in de getuigenbank. Als de altijd wat obstinate Oltmans rechtbankpresident mr. B. Punt niet voor de tijd had gewraakt, had ook de hoogbejaarde prins Bernhard er nog aan moeten geloven.
Prinses Margriet ontkwam bij de rechtbank aanvankelijk aan een getuigenverklaring. Omdat Oltmans haar wilde laten horen over iets wat ze over hem had gehoord terwijl ze officieel in Canada was, beriep ze zich op de ministeriële verantwoordelijkheid. „Als er ten aanzien van een aangelegenheid ministeriële verantwoordelijkheid bestaat, is er onschendbaarheid”, erkende de rechtbank.
Oltmans, Pasman en Nicolaï gingen in hoger beroep en kregen hun zin. Volgens het gerechtshof in Den Haag is alleen de Koning(in) onschendbaar. Dat andere leden van het Koninklijk Huis onder de ministeriële verantwoordelijkheid vallen, maakt ze blijkens het arrest niet onschendbaar.
De rechtbank zelf oordeelde daarna meteen maar dat ook prins Bernhard zou moeten komen als hij werd opgeroepen. Hij zou echter geen vragen hoeven te beantwoorden waardoor informatie naar buiten zou komen die hij van koningin Beatrix of van de vroegere koningin Juliana zou hebben ontvangen. Hij kon zich in die gevallen beroepen op verschoningsrecht. De rechtbank stelde in dezelfde uitspraak vast dat niet in een civiele zaak als getuige hoeven op te treden de Koning(in), de vermoedelijke troonopvolger en diens echtgenote en een eventuele regent.
Margriet is niet de enige die ooit heeft getuigd. In 1981 verscheen prins Claus in de getuigenbank (ook in een zaak van Oltmans, die toen verloor) en vorig jaar prinses Máxima naar aanleiding van haar aanrijding met een Wassenaarse vleeshandelaar.
Peter Nicolaï, een neef van staatssecretaris van Buitenlandse Zaken Atzo Nicolaï, is hoogleraar bestuursrecht aan de Open Universiteit. Tevens doceert hij bestuursrecht aan de Universiteit van Amsterdam, waar hij in 1969 begon als assistent van professor A. Belinfante. Hij werkt al achttien jaar als advocaat, inmiddels met een eigen kantoor in Amsterdam. Hij is de hoofdauteur van het handboek Bestuursrecht 1997. Peter Nicolaï promoveerde in 1990 op het proefschrift ”Beginselen van behoorlijk bestuur”.
Nicolaï werkte ook als journalist voor de VPRO-radio, De Nieuwe Linie, VN en De Groene.