„Wat we nu zien zagen wij jááren geleden aankomen”
Na 52 jaar houdt Prosper Ego het voor gezien. Vandaag verscheen het laatste nummer van Sta Vast, het maandblad van het Oud-Strijders Legioen (OSL), waarvan Ego de voorman is. „Tegen iedereen die dat betreurt zeg ik: waar was u toen we onze begroting niet rond kregen?”
Zelf is hij 82 jaar, ‘zijn’ maandblad is drie decennia jonger. Ego en het OSL zijn één. Over de onthechting, die met het opheffen van Sta Vast beslag krijgt, treurt hij echter niet. De voorman van de rechtse beweging, die in de jaren tachtig haar hoogtijdagen beleefde, ziet ernaar uit om niet meer de knellende druk van een naderende deadline te voelen.Of zijn geluid voldoende gehoord is in Nederland? Nee, meent Ego. „Wat we nu zien aan problemen in de samenleving, zagen wij jááren geleden al aankomen. De criminaliteit bijvoorbeeld, als gevolg van het ruime asielbeleid. Om over eerwraak maar te zwijgen.”
Als de Sta Vasthoofdredacteur eenmaal op zijn praatstoel zit, is hij nauwelijks te stuiten. Bespiegelingen over de toestand in de wereld wisselen elkaar in hoog tempo af. „Die kwestie van de kerstboom in de Haagse Hogeschool, de Amsterdamse tramconducteur met een kruisje op de borst: meneer ik verzeker u, de islamisering is in volle gang. Nederland zakt steeds dieper het moeras in.”
Behalve zijn gevorderde leeftijd ziet Ego het gebrek aan donateurs voor het OSL als belangrijkste reden voor opheffing van Sta Vast. „Twintig jaar geleden hadden we 14.000 begunstigers, nu nog 2500. Dan begrijpt u het wel.”
Het verbittert hem als mensen hun spijt betuigen over de opheffing van het blad. „Tegen iedereen die dat roept, zeg ik: waar was u toen we onze begroting niet rond kregen?”
Ego vult zijn dagen met het ontruimen van het OSL-kantoor in Rotterdam. Daarnaast schrijft hij commentaren voor de e-mailnieuwsbrief van zijn organisatie. „Die verspreid ik wanneer de tijd dat toelaat.”
Bang dat de invloed van het OSL tanende is, is Ego allerminst. „Of je nu per mail of via een tijdschrift communiceert: het gaat erom dat je gehoord wordt. We blijven actief. We lobbyen bij politici om ons gedachtegoed in beleid omgezet te zien worden. En natuurlijk zijn er nog de rubrieken voor ingezonden brieven in de media, daarin kan ik van tijd tot tijd mijn ei ook kwijt.”