Dat is een van de uitkomsten van het vanmiddag door minister Rouvoet (Jeugd en Gezin) gepresenteerde jaarrapport van de Landelijke Jeugdmonitor. Het rapport is een gezamenlijke publicatie van Jeugd en Gezin en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).Als het vóórkomen van seksueel geweld berekend wordt aan de hand van vragen naar verschillende vormen van dat fenomeen, blijken de percentages nog beduidend hoger. In dat geval geeft 46 procent van de meisjes en 20 procent van de jongens aan ervaring te hebben met seksueel geweld, dat varieert van „kwetsende aanrakingen” tot verkrachting, aldus het rapport.

Een op de tien meisjes en bijna een op de twintig jongens van 15 tot 25 jaar zegt wel eens te zijn gedwongen zich uit te kleden. Bijna een op de vijf meisjes en een op de twintig jongens werd tegen de zin betast onder de kleren.

Daarnaast is 7 procent van de meisjes en 4 procent van de jongens wel eens gedwongen orale seks toe te staan of uit te voeren. Opnieuw 7 procent van de meisjes en 3 procent van de jongens geeft aan ooit te zijn verkracht. In de meeste gevallen is de dader van de verkrachting een bekende van het slachtoffer.

Begin dit jaar woonden ruim 3,7 miljoen kinderen jonger dan 25 jaar in een gezin met twee ouders, zo blijkt verder uit het rapport. Dat komt neer op 85 procent van alle thuiswonende kinderen. Steeds meer kinderen groeien echter op in een een­ouderhuishouden. In 2009 woonden 628.000 kinderen jonger dan 25 bij een alleenstaande vader of moeder. Dat is 15 procent van alle thuiswonende jongeren onder de 25 jaar. In 2000 lag dit aandeel nog op 12 procent.

Meer dan de helft (53 procent) van de jongeren (12-18 jaar) rekent zichzelf tot een religie of levensbeschouwelijke groepering. Ruim 23 procent is rooms-katholiek, 15 procent protestant en 9 procent is moslim.