’Kans op HIV-besmetting extreem klein’
De kans dat een patiënt in het Martiniziekenhuis met hiv is besmet door een niet goed gereinigd onderzoeksinstrument is „extreem klein”. Dat heeft de voorzitter van de medische staf S. Donders dinsdag gemeld. Hij spreekt van een „theoretisch risico”.
Dat komt mede omdat patiënten met een HIV-besmetting niet in het Martiniziekenhuis worden behandeld, maar in het Academisch Ziekenhuis Groningen (AZG). Voorzover het ziekenhuis weet, was ook geen van de behandelde patiënten besmet met het hepatitisvirus. „Hepatitis komt in het noorden van Nederland amper voor”, stelt Donders.
Ruim vijfhonderd patiënten die blaasonderzoek hebben ondergaan, zijn mogelijk besmet geraakt omdat de nieuwe reinigingsapparatuur voor de onderzoeksapparatuur niet goed was aangesloten. Daardoor desinfecteerde de machine niet goed.
Donders wijst erop dat de slangetjes voor het onderzoek voordat ze machinaal worden gereinigd ook al handmatig zijn schoongemaakt. Mochten er al bacteriën in de scoop (het slangetje) hebben gezeten, dan is de aanwezigheid daarvan al flink verdund door het water dat tijdens het onderzoek door de urineblaas stroomt.
Daarnaast wordt de plasbuis na een onderzoek snel weer „natuurlijk” gereinigd wanneer de patiënten na een onderzoek plassen. In bijvoorbeeld de longen is de kans op een virale infectie aanzienlijk groter, stelt Donders.