De Tweede Kamer is deze week akkoord gegaan om de AOW–leeftijd in stappen te verhogen van 65 jaar naar 67 jaar. De vakbeweging is daarop tegen. De bonden vinden dat mensen die zware beroepen uitoefenen, zoals stratenmakers en bouwvakkers, moeten worden ontzien. Die zijn er na tientallen jaren van lichamelijke arbeid aan toe om op hun 65e of vroeger te stoppen.TNO–onderzoekers Irene Houtman, Seth van den Bossche en Peter Smulders constateren dat de discussie over wat zwaar werk is, voornamelijk gaat over fysieke arbeid. En dat terwijl in Nederland de werkgelegenheid in de landbouw, bouw en industrie de afgelopen eeuw sterk is verminderd. De nadruk is meer komen te liggen op de dienstensector waarin het niet zozeer gaat om zwaar tillen, maar meer om werkdruk en veeleisende en emotionerende klantcontacten. „Zwaar werk is dan ook meer dan alleen fysiek zwaar werk”, aldus de onderzoekers.

Volgens de TNO–medewerkers heeft bijna 40 procent van de mensen die jaarlijks de WAO instromen of een WIA–uitkering krijgen (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen) een psychische aandoening. Een kleine groep, die een traumatische gebeurtenis meemaakte, keert nauwelijks terug naar werk. Mensen met een depressie of overspanning doen er gemiddeld vier jaar over om terug te keren naar hun baan. „Deze onderzoeksgegevens laten zien dat psychisch zwaar werk minstens zo ernstige effecten kan hebben als fysiek zwaar werk”, concluderen de onderzoekers.