De belangenvereniging voor rijscholen LBVI was ervan overtuigd dat het CBR uit was op een monopolie op de scholing van instructeurs. Daardoor zouden consumenten ongeveer 1000 euro meer moeten betalen om aan een rijbewijs te komen, rekende de LBVI eerder deze week voor. Om een streep door de plannen van het CBR te halen, spanden de rijscholen een kort geding aan.

Het rijbewijs zou volgens de LBVI duurder worden doordat de instructeurs de hoge kosten van de verplichte bijscholing zouden doorberekenen aan de leerlingen. De leerlingen zouden op hun beurt meer lessen moeten volgen en vier examens moeten doen. Mensen die een rijbewijs willen halen, zijn nu nog gemiddeld tussen 1700 en de 2000 euro kwijt.

De RIS is een intensieve rijopleiding die uit vier fases bestaat. Elke fase behandelt een ander deel van de rijvaardigheid. Volgens het CBR stijgt met de nieuwe cursus het landelijk slagingspercentage van 44 naar ruim 70 procent. Nu het CBR heeft toegezegd dat de nieuwe lesmethode vanaf oktober op de markt komt, wil de LBVI in overleg.

Mochten de twee partijen er niet uitkomen, dan doet de rechter in Den Haag 4 maart uitspraak.