Vijanden dumpen boven zee
De Vuelos de la muerte (Vluchten des doods) waaraan de dinsdag opgepakte piloot Julio P. deelnam, vormden een bizar gebruik van de militaire dictaturen in de jaren zeventig en tachtig in het zuidelijke deel van Zuid-Amerika. Het was een manier om geruisloos van vermeende vijanden af te komen.
Tegenstanders die gevangen genomen werden ten tijde van zo’n dictatuur, konden hun toekomst somber inzien. Veel gevangenen werden gedrogeerd, gekneveld en in een marinevliegtuig geladen. In het luchtruim boven zee werden de slachtoffers vanaf ruim 4000 meter hoogte uit het toestel gegooid.De methode is voornamelijk toegepast tijdens de militaire dictatuur in Argentinië van 1976 tot 1983. Die periode wordt ook wel aangeduid als de ”Vuile Oorlog”, een term die de junta zelf verzon. Volgens de militaire leiders waren geweld en marteling nodig om de orde te handhaven.
Vooral onder leiding van de Argentijnse viceadmiraal Luis María Mendía (1925-2007) zijn er veel vluchten des doods gemaakt. Het was evenwel niet Mendía’s idee. Het dumpen van nog levende of reeds overleden gevangenen vanuit vliegtuigen boven zee was eerder toegepast in de Frans-Algerijnse oorlog (1954-1962). De methode stond omschreven in een geheim militair „capaciteitenplan” dat voor de militaire staatsgreep van maart 1976 in Argentinië was opgesteld om terrorisme en extreem linkse rebellie te bestrijden.
De bizarre dood van verdachten had tot doel onderzoek naar de verdwijning vrijwel onmogelijk te maken. Toch spoelden al in 1976 lichamen aan voor de kust van Uruguay en in 1977 ten zuiden van Buenos Aires. De politie noteerde dat niet verdrinking maar een klap op een hard voorwerp, mogelijk de zee vanaf grote hoogte, de slachtoffers het leven had gekost.
De Argentijnse marineofficier Adolfo Scilingo, die in 2005 wegens zijn aandeel in de misdaden in Spanje tot levenslang werd veroordeeld, heeft verklaard dat elke woensdag gedurende twee jaar tien tot vijftien bewusteloze gevangenen boven zee werden uitgeworpen. Hij schat dat vanaf zijn basis, de ESMA in Buenos Aires, zeker 1500 mensen zo aan hun einde zijn gekomen.
De deze week in het Spaanse Valencia aangehouden Nederlands-Argentijnse piloot was op ESMA als marinevlieger werkzaam. Deze technische marineschool was evenwel niet het enige centrum vanwaar in de jaren 1976-1983 gevangenen met vliegtuigen boven zee werden gedumpt.
Tijdens de dictatuur in Argentinië zijn zeker 9000 mensen en volgens sommige waarnemers mogelijk 30.000 mensen om het leven gebracht. Na de val van het regime zijn de kopstukken snel berecht, maar in 1986 en 1987 zijn er amnestiewetten afgekondigd. Die vernietigde het hooggerechtshof pas in 2005.