Dat zegt bestuurder Fedde Monsma van CNV Dienstenbond woensdag in een reactie op de plannen van Asscher. „De wetgeving is klip en klaar: alleen waar veel toeristen komen, mogen de winkels elke zondag open. Maar ik daag Asscher uit om drie toeristische trekpleisters in Amsterdam–Noord of Zuidoost te noemen".Monsma zegt zich zorgen te maken om kleine ondernemers in de hoofdstad. „De grote winkels kunnen het zich permitteren om open te zijn, maar kleinere ondernemers kost het alleen maar geld. Mensen kunnen hun euro op elke dag van de week uitgeven, maar ze kunnen hem maar een keer besteden. Zondags open zijn levert dus niet meer omzet op".

Bovendien zijn de plannen van Asscher volgens Monsma prematuur. Er is namelijk een wetswijziging in de maak die het openstellen van winkels onder een toeristisch regime mogelijk gaat beperken.

De Amsterdamse actie krijgt wel bijval van Detailhandel Nederland. De belangenbehartiger van ondernemers wijst erop dat het „zeker in de huidige economische tijd" zaak is dat het kabinet de plannen om de koopzondag te beperken, niet doorzet.

„De zondagopenstelling moet lokaal geregeld worden; de gemeente staat immers het dichtst bij de burger", aldus de organisatie. Gemeenten zouden daarom samen met de winkeliers na een ’gedegen belangenafweging’ moeten bepalen hoeveel koopzondagen ze toestaan.

Voorzitter Mark van der Horst van de Amsterdamse afdeling van MKB (de werkgeversorganisatie voor het midden– en kleinbedrijf) is wel blij met het besluit. Volgens hem is de regel dat winkels op zondag dicht moeten zijn, „gebaseerd op het maatschappijbeeld van 1950".

Volgens hem klopt de bewering van CNV Dienstenbond dat kleine ondernemers geen zondagopenstelling willen, niet. Uit een enquête van MKB Amsterdam onder leden blijkt namelijk dat bijna 70 procent van hen vindt dat winkels op zondag open zouden mogen gaan.