Omstreeks kwart over elf zag een getuige rook uit het achterste deel van het complex komen. Kort nadat hij de eigenaar van het complex, die naast de loodsen woonde, had gewaarschuwd bleken de vier loodsen al in brand te staan. De eigenaar en zijn familie moesten hun woning verlaten. In de achterste schuur, waar de brand vermoedelijk is ontstaan, verbleven tien Poolse arbeiders die daar hun onderkomen hadden. Zij konden op tijd de loods verlaten. Geen van de betrokkenen liep letsel op.Volgens eerste getuigenverklaringen zou de brand mogelijk zijn ontstaan in het ketelhuis in een van de loodsen. Technisch onderzoek zal uit moeten wijzen of dit inderdaad het geval is geweest. De loodsen waren in gebruik als bollenschuur. De loodsen brandden geheel uit. De actie van de brandweer was er vooral op gericht om de bij het complex behorende woning te behouden.

Het dak van een van de loodsen bevatte mogelijk asbest. Uit metingen bleek dat asbestdeeltjes uitsluitend op het erf van het bedrijf en in een weiland direct achter de loodsen terecht zijn gekomen. De brand werd bestreden door zeker honderd brandweermensen van de brandweer van Den Helder en omliggende gemeenten, terwijl materieel vanuit de gehele regio werd ingezet. Ook waren brandweerkorpsen op de achterhand paraat.