Hogere uitkering na rattenplaag in Varik
Biologisch appel- en perenkweker L. Ruissen in Varik heeft recht op een hogere schadevergoeding voor een woelrattenplaag in 2004 en 2005.
Dat heeft de Raad van State woensdag bepaald. Eerder stelde de rechtbank in Arnhem dat Ruissen recht heeft op een hogere schadevergoeding dan de 81.789 euro die het Faunafonds wilde uitkeren.De rechtbank kwam uit op een bedrag van 812.710 euro. Ruissen zelf schatte de schade op 1,9 miljoen euro.
De Raad van State is het eens met de rechtbank en vindt de bijna 82.000 euro te weinig. Het Faunafonds, dat geld uitkeert als beschermde dieren landbouwschade veroorzaken, is te vroeg gestopt met het opnemen van de schade, vindt de Raad van State.
De laatste taxatie vond plaats op 27 oktober 2005. De Raad van State sluit echter niet uit dat na die datum nog meer schade is opgetreden doordat bomen alsnog het volgende voorjaar doodgingen.
Door de uitspraak zal het Faunafonds diep in de buidel moeten tasten. Maar het hoeft geen 1,9 miljoen uit te keren; dat bedrag vindt ook de Raad van State te gortig.
Door de bescherming van de woelrat of -muis vanaf 2002 heeft het diertje zich snel vanuit Limburg over het land verspreid. Ruissen, die op biologische wijze appels en peren teelt, werd in 2005 overvallen door de woelrattenplaag.
In enkele weken explodeerde het aantal woelratten van een paar honderd tot ruim 10.000. Zij deden zich vooral tegoed aan de wortels van de appelbomen, die daardoor massaal doodgingen.
Ruim 4200 bomen verwelkten en moesten worden vervangen. Ruim 1800 bomen waren flink aangetast waardoor ze nog een paar jaar een lagere fruitopbrengst hadden.
In 2006 kreeg Ruissen de plaag onder controle, omdat de woelratten toen weer bestreden mochten worden.