„Mediacode gezinsdrama onwenselijk”
De Raad voor de Journalistiek (RvdJ) acht het niet wenselijk om een mediacode op te stellen over terughoudende berichtgeving rond familiedrama’s.
Dat maakte de raad woensdag bekend. CU-kamerlid Voordewind stelde eerder deze week voor dat redacties een gezamenlijke gedragscode moeten opstellen. „Deskundigen stellen dat de vaak gedetailleerde berichtgeving rond gezinsmoorden kan leiden tot kopieergedrag. Dan gaat het zowel over de omstandigheden die aanleiding gaven tot het delict, als de wijze waarop het gebeurd is.”De RvdJ vindt dat codes op deelgebieden het journalistieke terrein minder overzichtelijk maken. Het is niet de taak van de raad om journalisten te vertellen wat ze wel en niet moeten publiceren. De ”Leidraad”, die in 2007 is opgesteld, biedt de journalist voldoende richtlijnen om de afweging te maken of het in het belang is van de betrokkenen om te publiceren. Daarnaast bestaat er volgens de raad geen algemene consensus over de gedachte dat gedetailleerde informatie kopieergedrag bevordert; van belang daarvoor zal bijvoorbeeld ook zijn wat de toonzetting van de publicatie is.
De vraag over het opstellen van een code is ontstaan na de familiedrama’s in Zwijndrecht en Almere.
Twee jaar geleden werd dezelfde discussie gevoerd, waarna de RvdJ de Leidraad opstelde. Daarin wordt de journalistieke vrijheid verwoord, maar ook de opdracht waarheidsgetrouw te schrijven en optimale nieuwsvoorziening te bieden. De journalist moet wel voortdurend afwegen of hij niet nodeloos schade aanbrengt of inbreuk doet op de privacy.
Drs. N. C. van Velzen, oud-docent massacommunicatie aan de afdeling journalistiek en voorlichting van de Christelijke Hogeschool Ede, ziet ook niet veel in een mediacode. „Je kunt het allemaal mooi opschrijven, maar het gaat erom of je ook doet wat je belooft. Het beroerde is dat mensen zich niet houden aan hun eigen codes.” Volgens de docent zit het probleem vooral vast op de tendens om nieuwsfeiten steeds sensationeler te brengen.