Binnenland

NS: Beloofde agenten dringend nodig

Als érgens het waterbedprincipe geldt, dan wel bij criminaliteitsbestrijding. Druk je de narigheid hier de kop in, dan verplaatst die zich naar iets verderop. Dat kan echter geen reden zijn om er dan maar niets aan te doen. Dat de harde aanpak werkt, blijkt uit drie veiligheidsprojecten van de NS. Wil het succes een vervolg krijgen, dan moeten de beloofde 200 extra spoorwegagenten wel snel komen.

Niek Sterk
17 January 2003 11:56Gewijzigd op 14 November 2020 00:04
AMSTERDAM - Op NS-station Lelylaan werd overlast van hangjongeren, asociaal gedrag en zakkenrollerij onder andere aangepakt met intensieve surveillance door het beveiligingsbedrijf ”To serve and protect”. - Foto ANP
AMSTERDAM - Op NS-station Lelylaan werd overlast van hangjongeren, asociaal gedrag en zakkenrollerij onder andere aangepakt met intensieve surveillance door het beveiligingsbedrijf ”To serve and protect”. - Foto ANP

Het was een opvallend wapenfeit van de vorige minister van Verkeer en Waterstaat, Netelenbos, vier dagen voor de moord op Fortuyn, die alles veranderde. Haar stellige belofte op 2 mei 2002 luidde: De spoorwegpolitie krijgt 200 extra agenten, boven op de bestaande 360 man. Want de NS is uiteindelijk zwaar slachtoffer van de verloederende samenleving, zo redeneerde ze. Wie het vernielde meubilair, de graffiti, de uitgebrande treinen en de agressie tegen NS’ers aanschouwt, kan dat alleen maar beamen.

Het spoorwegbedrijf verdiende een toegestoken hand bij de beteugeling van de steeds verdergaande verruwing in treinen en op stations, vond Netelenbos. Verkiezingen kwamen, Netelenbos en haar toezegging raakten snel vergeten, en de overheid liet de boel vervolgens op z’n beloop. De nieuwe ”spopo’s” zijn nog steeds in geen velden of wegen te bekennen. Bij de presentatie van het plan door minister De Boer (Verkeer) bleek dat het extra aantal was teruggebracht tot 51 agenten. De spoorwegpolitie is onderdeel van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD).

De Nederlandse Spoorwegen kennen ruwweg vijf probleemtrajecten, die vooral in het westen van het land liggen. De Zaanse Lijn, de Flevolijn, de Schiphollijn, de Zoetermeerlijn en de Hoekse Lijn, allemaal hebben ze hun eigen, maar ook hun vergelijkbare problematiek. Zwartrijders, hangjongeren, zakkenrollers, vandalisme, intimidatie van personeel en reizigers en ander asociaal of agressief gedrag zijn schering en inslag. Met als gevolg dat reizigers die trajecten op bepaalde delen van de dag gingen mijden en ook het personeel er niet meer op wilde rijden.

Eind oktober 2000 startte de NS samen met de gemeente Almere, de spoorweg- en regiopolitie, justitie, het openbaar ministerie en de vakbond FNV een project op de Flevolijn (Lelystad-Almere-Weesp). Mobiele controleteams, extra politiecontrole op uitgaansavonden, het opleggen van stationsverboden en de inzet van enkeldekstreinen -vanwege het overzicht- waren een behoorlijk succes. Het aantal geweldsdelicten tegen NS’ers daalde met bijna de helft, er werden meer zwartrijders beboet, de kaartverkoop steeg en reizigers en medewerkers voelden zich wat veiliger.

Station Lelylaan -machinisten weigerden er op enig moment te stoppen- was vanaf juli 2002 aan de beurt. De overlast van hangjongeren, asociaal gedrag en zakkenrollerij werden aangepakt met intensieve surveillance door een beveiligingsbedrijf, extra controle op de treinen en op het station en toepassing van lik-op-stukbeleid en snelrecht door justitie. Een deel van de opgangen naar perrons werd afgesloten, stationsverboden werden opgelegd. Resultaat: méér reizigers, 77 procent tegen10 procent eerder, voelen zich veilig en de mensen van de NS kunnen hun werk weer normaal doen.

Op de Zoetermeerstadslijn liep al sinds oktober 2001 een proef met cameratoezicht op acht treinen, en vanaf december 2002 controleert NS die lijn bijzonder intensief, samen met spoorweg- en regiopolitie. Ook daar voelt de reiziger zich veiliger, de camera’s beteugelen het vandalisme (45 procent reductie) en het regent processen-verbaal: 1200 voor zwartrijden en 700 voor asociaal gedrag. De kaartverkoop steeg er licht.

President-directeur A. W. Veenman van de NS is echter bang dat de successen geen lang leven is beschoren vanwege het personeelstekort bij de spoorwegpolitie. „Om dit succes te handhaven en ook op andere plekken te kunnen behalen, is het nodig dat de overheid snel haar toezegging nakomt en budget beschikbaar stelt voor die extra 200 man spoorwegpolitie.” De NS zelf investeert jaarlijks 45 miljoen euro in sociale veiligheid en heeft 660 mensen lopen voor extra toezicht, handhaving, opvang en nazorg, zegt F. Reitsma, directeur sociale veiligheid bij het spoorwegbedrijf.

De hulp die op dit moment wordt gegeven door het korps Gelderland-Zuid noemt plaatsvervangend hoofd van de spoorwegpolitie, P. van Haasteren, „een stap in de goede richting”, maar kan het uitblijven van de overige 149 toegezegde spoorwegagenten niet goedmaken. „Structurele aanpak is noodzakelijk. Als we op een bepaalde plaats de criminaliteit aanpakken, duiken er op andere lijnen onmiddellijk weer problemen op.”

Een van de dingen waarvan in de toekomst veel heil wordt verwacht, is de komst van toegangspoortjes op het station, gecombineerd met elektronisch betalen. Midden 2003 of iets later moeten alle stations op de Hoekse Lijn (Rotterdam-Hoek van Holland) toegangspoortjes hebben, op proef voor een halfjaar. Tijdens de test moeten alle kinderziektes duidelijk worden. Nadien is nog minimaal tweeënhalf jaar nodig om de systemen bij te slijpen, zodat eind 2006 een probleemloze landelijke introductie mogelijk zou moeten zijn. Eind dit jaar starten ook de tests met de ov-chipkaart in Rotterdam, Amsterdam en op de Veluwe.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer