In 2000 is de man veroordeeld voor soortgelijke feiten. Toen kreeg hij drie jaar cel, waarvan één jaar voorwaardelijk. In zijn proeftijd ging hij echter weer snel in de fout.

De verdachte bekende tijdens de zitting seksuele handelingen te hebben gepleegd met de drie jongens, maar stelde dat zij dit deden uit vrije wil. Volgens hem boden de jongens zich aan in ruil voor geld. De verdachte nam de jongens mee in zijn auto of ging met hen naar het huis van een vriend.

De slachtoffers kampen met geestelijke problemen. Zij willen smartengeld voor de psychische schade die zij hebben opgelopen.

„Het had niet mogen gebeuren. Ik heb er spijt van”, verklaarde de verdachte. De man wil meewerken aan een tbs-behandeling, maar vindt dat hij die eigenlijk niet nodig heeft. Hij ziet zichzelf alleen als homoseksueel en niet als pedoseksueel.

Van de behandeling na zijn vorige veroordeling heeft de verdachte volgens officier van justitie R. de Graaf niets geleerd. „Er mogen niet nog meer slachtoffers worden gemaakt. Hij heeft zijn kans gehad en die heeft hij verprutst”, aldus De Graaf.

De rechtbank doet op 30 januari uitspraak.