Intubator beste uitvinding van 2001
De ID-NL Jaarprijs 2001 voor de beste uitvinding van het jaar is woensdag uitgereikt aan de Amsterdamse anesthesist Peter Tjong Joe Wai. Hij ontwikkelde een hulpstuk voor het inbrengen van een buis in de luchtpijp, de Intubator. „Een kind kan de was doen”, zegt de trotse uitvinder.
Het inbrengen van een beademingsbuis (oesophagus-tube) in de luchtpijp, bij een operatie of in levensbedreigende situaties ten gevolge van bijvoorbeeld een ongeval, is van levensbelang. Bij het instrument dat daarvoor sinds jaar en dag gebruikt wordt, de laryngoscoop, is nogal wat gewrik en soms geweld nodig om de tube in de luchtpijp te kunnen schuiven. Daarbij is de kans op beschadiging van de stembanden groot en sneuvelt er wel eens een tand van een patiënt.
Anesthesioloog Tjong, werkzaam op de cardio-anesthesie van het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis in Amsterdam, ontwikkelde een ander hulpstuk, waardoor de beademingsbuis zonder problemen en zonder beschadigingen te veroorzaken in de luchtpijp kan worden ingebracht.
„Normaal gesproken kan het inbrengen van een beademingstube een groot probleem zijn”, zegt Tjong. „De afstand vanaf de tanden tot het strottenhoofd is tien centimeter. Daarachter is de ruimte in de keelholte veel groter en moet het hoofd flink achterovergebogen en de nek naar voren getrokken worden om de beademingstube in de luchtpijp te kunnen schuiven. Bovendien is het lichtje op het blad van de laryngoscoop onmisbaar om te zien of je met de tube in de luchtpijp zit en niet per ongeluk in de slokdarm.”
Geleider
Het hulpstuk dat Tjong ontwikkelde is een geleider die uit twee delen bestaat: een aluminium raamwerk en een plastic afdekprofiel, die in elkaar worden geschoven. Aan de onderkant vormen beide hulpstukken een kromming, die tussen de tanden en over de tong tot achter in de keelholte wordt geschoven. Door het hulpstuk in zijn geheel naar achteren te duwen komt de kromming ervan automatisch in het strottenhoofd terecht. Vervolgens kunnen de twee delen trapsgewijs in de lengterichting uiteen worden geschoven. Er ontstaat dan een ruimte tussen het aluminium raamwerk en het plastic afdekprofiel, waardoor de beademingstube over de kromming wordt geleid en met wiskundige precisie de luchtpijp in wordt geschoven.
Tjong demonstreert zijn vinding op een oefenpop en het oogt als een hele simpele handeling. Hij is er van overtuigd dat zijn vinding zal worden toegepast in operatiekamers en zal worden toegevoegd aan reanimatiekoffers. „Ook in de ambulancehulpverlening, waar het intuberen vaak in uiterst moeilijke omstandigheden moet gebeuren, kan het met dit hulpmiddel moeiteloos. In principe kan iedere EHBO’er dit doen”, zegt hij.
Zover is het echter nog niet. De Amsterdamse anesthesioloog heeft in maart zijn vinding bedacht, waarna het hulpstuk door Ton Meulemans van de afdeling Medisch Technische Ontwikkeling van het AMC te Amsterdam is vervolmaakt. Thans buigt de medisch-ethische commissie van het OLV Gasthuis zich over de vraag of Tjong de door hem bedachte uitvinding mag gaan beproeven. Hij verklapt dat hij het al bij zijn kinderen en enkele collega’s die als proefkonijn wilden fungeren heeft toegepast. „Je kunt nu met je ogen dicht een patiënt intuberen. Je hebt geen licht nodig. Natuurlijk hou ik m’n ogen wel open, maar een kind kan de was doen.”
Die mening was de jury van de ID-NL Jaarprijs 2001 eveneens toegedaan. Op grond van de criteria originaliteit, concrete toepasbaarheid, marktwaarde, maatschappelijk belang, grootte van de denksprong en communiceerbaarheid naar de doelgroep, kreeg Tjong met zijn Intubator een bedrag van 15.000 gulden cadeau. „En dat voor een stukje materiaal dat nog geen vier piek kost bij de Gamma”, zegt Tjong.
EHBO
Dat EHBO’ers het hulpstuk zullen gaan gebruiken is nog ver weg. Voorlopig is intuberen voorbehouden aan artsen en in het kader van de Wet op de Individuele Beroepen in de Gezondheidszorg (BIG) een handeling die voorbehouden is aan gespecialiseerde verpleegkundigen.
In de medische wereld wordt al jarenlang gezocht naar een goed hulpmiddel bij intuberen. In 1996 werd een zogenaamde Trachlight geïntroduceerd, vergelijkbaar met de Intubator die Tjong heeft bedacht. Verschil is echter dat op het uiteinde van de terug te trekken binnenmantel van de Trachlight een lichtje is gemonteerd, dat ter hoogte van de adamsappel door de huid heen zichtbaar wordt, als teken dat de beademingsbuis met absolute zekerheid in de luchtpijp kan worden geschoven. Anesthesioloog Bert Dercksen heeft met deze Trachlight in het Academisch Ziekenhuis Groningen al meer dan 1000 patiënten met dit hulpstuk geïntubeerd. „Ook de Trachlight voldoet uitstekend”, zegt Dercksen.