„Geen tijd hebben bestaat niet”
„Drie keer per dag e-mail verwerken is genoeg.” En: „Scholen zouden er baat bij hebben als ze zakelijker geleid werden.” Fragmenten uit een discussie over werkdruk.
Zeventig mensen zaten woensdag ontspannen achterover tijdens het jaarcongres van RMU-sector Onderwijs GOLV. Zo ontspannen zijn ze in hun werk niet altijd. „Wie vindt dat werken in het onderwijs zwaarder is geworden?” wil coach B. J. van den Broek weten. Bijna zeventig vingers gaan omhoog. De oorzaken die Van den Broek noemt, krijgen aanmerkelijk minder steun: vakoverstijgende projecten, te veel onderwijsvernieuwingen, te veel vergaderingen, ongeschikte managers, te weinig ondersteuning uit de eigen organisatie. Zorg- en rugzakleerlingen en het ontbreken van gezag worden wel door velen als probleem ervaren.„Zestig dagen vrij en dan nog klagen over drukte en over het salaris?” Van den Broek had er aanvankelijk zijn bedenkingen bij. Hij is de enige niet: „Als een leraar tijdens een verjaardag zegt dat die vrije tijd nodig is om tot rust te komen, is hoon zijn deel.”
Volgens recent onderzoek heeft 20 procent van de werknemers in het onderwijs echter problemen met de werkdruk, dik 50 procent wil betere faciliteiten, ruim 75 procent signaleert te weinig maatregelen om piekbelasting te voorkomen.
Het viel Van den Broek op dat het onderwijs veel minder dan het bedrijfsleven gebruikmaakt van timemanagementcursussen. Timemanagement is selfmanagement, stelt de coach van Return Consult. „Geen tijd hebben bestaat niet. We hebben allemaal evenveel tijd. Maar hoe besteed je die? De tijd komt nooit meer terug.
We zijn meesters in het afschuiven: de baas is de schuld van de werkdruk, of de afdeling, de collega’s, de techniek. Maar we moeten echt zelf iets aan ons gedrag doen. Waarom hebben sommigen van u nu hun blackberry aan staan? Altijd bereikbaar zijn? Waarom?” Slik de kikker, citeert Van den Broek de titel van een boek over timemanagement: pak de grootste en moeilijkste klus het eerst aan.
Veel tijd wordt volgens Van den Broek niet efficiënt besteed door de interrupties die er zijn: telefoon en e-mail. „Verdeel de dag in creatieve tijd en doe-tijd. Reserveer de postlunchdip als doe-tijd: werk dan je telefoontjes en e-mailtjes af. Zet tijdens de creatieve tijd je e-mail uit. Drie keer per dag e-mail bekijken is voldoende. Dat levert afkickverschijnselen op, maar het is echt aan te raden. Werk aan één ding tegelijk en maak het af.”
Tijdens de forumdiscussie vertelt ondernemer J. Baan over de bijbaan tijdens zijn militairediensttijd: koeken inpakken. „Even stoppen kon niet, want ze kwamen op de lopende band voortdurend naar je toe rollen.”
Dat riep bij een leerkracht herkenning op: „In ons werk kun je ook niet gauw even ontspannen; leerlingen komen voortdurend naar je toe, net als die koekjes.” Baan: „Je mag heel wat meer dan veertig uur werken, als je het maar ontspannen doet.”
Schooldirecteur Y. Paans uit Oud-Beijerland moest enkele nevenfuncties afstoten, omdat hij gezondheidsklachten kreeg. „We willen te veel. We vinden onszelf zo belangrijk.”
Dr. P. de Vries citeert tijdens zijn meditatie de autobiografie van ds. H. H. Middel: „Ik had geen tijd voor mijn kinderen en toch nam ik elke dag tijd voor hen.” De Heere zegende dat, zegt ds. De Vries. „We moeten tijd nemen voor geestelijke zaken.”
Voorzitter D. D. Both wijst erop dat vaak het doel lijkt dat je meer kunt doen in minder tijd. „Ons uitgangspunt zou moeten zijn voldoende tijd te besteden aan de Heere, Zijn dienst en de naaste. Getrouw ons werk doen, maar niet slechts schatten op aarde te vergaderen.”
Both nam woensdag afscheid als bestuurslid. Als voorzitter wordt hij opgevolgd door secretaris G. J. Heldoorn.