Dat stelt president mr. L. Verheij van het gerechtshof in Amsterdam vrijdag in het Nederlands Dagblad.Verheij steunt het pleidooi van voorzitter Brouwer van het College van procureurs-generaal om onderzoek te doen naar taakstraffen, maar maakt daarbij wel een kanttekening. Volgens de rechter moet niet alleen worden gekeken naar de vraag hoe de samenleving over werkstraffen denkt, maar ook of mensen voldoende op de hoogte zijn van het nut van taakstraffen.

Brouwer kondigde eind vorige maand een onderzoek naar werkstraffen aan. Werd in 2004 nog 29 procent van de volwassenen veroordeeld tot een werkstraf, vorig jaar was dat een derde. Volgens het OM staat die trend op gespannen voet met de kritiek vanuit de samenleving op de taakstraf.

Volgens Verheij voorziet de werkstraf in een behoefte. „Uit eigen rechterlijke ervaring weet ik van veroordeelden die door zo’n werkstraf structuur in het leven kregen en daarna definitief tot het arbeidsproces toetraden (weg uit de criminaliteit!).”