Urkers stellen herinnering WO II veilig
De stichting Urk in Oorlogstijd heeft een schat aan historische informatie bij elkaar gebracht op een website die recent in een nieuw jasje is gestoken en is uitgebreid met een digitaal museum. „De Duitse soldaten in Urk waren niet van het hardste soort.”
Januari 1940. In de vroege ochtend landt een vliegtuig op het Urker weiland. Leden van het Korps Politietroepen stappen uit. Hun opdracht is helder. Ze moeten enkele tientallen militairen ophalen die op eigen houtje hun verlof hebben verlengd. De deserteurs worden verzameld in het gemeentehuis. Daarna volgt een urenlange barre tocht bij 17 graden onder nul over de dijk naar Lemmer.De politieactie is geen toeval. Burgemeester Keijzer had kort daarvoor het Hoofdkwartier Vesting Holland gevraagd actie te ondernemen tegen militairen die voor hun verlof naar Urk kwamen en beweerden door de barre winterse omstandigheden niet terug te kunnen naar hun onderdeel.
„Het deserteursverhaal is slechts een van de serie gebeurtenissen die rond de oorlogsjaren in Urk plaatshadden”, vertelt historica Lenie Bolle, betrokken bij de stichting Urk in Oorlogstijd. De stichting beheert een eigen collectie voorwerpen en documenten die te maken hebben met de Urker oorlogsgeschiedenis.
De meidagen van 1940 verlopen voor Urk rommelig. „Op pinksterzondag gaf de Nederlandse legerleiding de complete Urker vloot opdracht om naar Amsterdam te varen”, zegt Bolle.
„Defensie had het vermoeden dat de Duitsers de Urker bottervloot wilden gebruiken voor de oversteek van het IJsselmeer om vervolgens Noord-Holland binnen te vallen. Alles wat varen kon, moest de haven uit.”
De botters komen die zondagmiddag in Amsterdam aan en worden verspreid over het IJ voor anker gelegd. De actie moet voorkomen dat Duitse watervliegtuigen op het IJ landen. Bolle: „In de jaren na de oorlog zijn veel botters weer door hun eigenaren teruggevonden. Het ene vissersschip deed dienst als mijnenveger, het andere was uitgerust met wapentuig.”
Aanvliegroute
Hoewel de Duitsers na mei 1940 ook in Urk neerstrijken, hebben de dorpsbewoners niet ondraaglijk veel last van hen. „Voor een groot deel waren het soldaten van Oostenrijkse komaf”, zegt Bolle. „Of het waren jonge broekjes of juist oudere mannen. Niet van het hardste soort.”
Toch treedt de bezetter soms streng op. Bolle legt uit waarom. „Urk lag in de aanvliegroute van geallieerde vliegtuigen die op weg waren naar Duitsland. Kennelijk was Urk vanuit de lucht een handig oriëntatiepunt voor de piloten.
Het gebeurde met enige regelmaat dat een geallieerd vliegtuig een noodlanding moest maken of neerstortte in het IJsselmeer. Overlevenden doken onder in Urk. De doden die soms veel later nog aanspoelden, werden door de Urker bevolking begraven bij het Kerkje aan de Zee.” Volgens de historica liepen de dorpsbewoners bij zo’n plechtigheid massaal uit. „Mensen legden bloemen bij het graf en de fanfare zorgde voor de muziek. De Duitsers hadden er op een gegeven ogenblik schoon genoeg van en verboden de in hun ogen „verheerlijking” van geallieerde vliegers.”
Razzia
In schril contrast met de Puttense razzia –660 Puttense mannen werden weggevoerd, 48 keerden terug– staat de Urker variant van 18 november 1944. De Duitsers pakken tachtig Urkers op. Zij moeten in Duitsland voor de Wehrmacht werken.
Na veel omzwervingen raakt de groep zelfs betrokken bij de slag om Berlijn. „Het was echt een wonder dat de complete groep weggevoerde Urkers na de oorlog heelhuids terugkeerde”, zegt Bolle. „De kerken hielden speciale dankdiensten.”
refdag.nl voor meer foto’s.
urkinoorlogstijd.nl.