”Waarom geen openbaar onderwijs?” is het thema van de avond, die wordt georganiseerd door de plaatselijke debatgroep het Schaffelaarpodium. De aanleiding ligt niet in de recente politieke ophef over een onderzoek naar de haalbaarheid van een openbare middelbare school, zegt Luuk Esser van de debatgroep. „Het thema stond al een jaar geleden vast. De commotie in de politiek sloot toevallig mooi aan.”De politieke partij Pro ’98 diende in december een motie in voor een onderzoek naar de animo voor een openbare middelbare school. Aanvankelijk weigerde wethouder Verheij, omdat bij hem niet bekend was dat deze behoefte onder ouders leefde. De partij legde zich niet bij dat antwoord neer en startte een handtekeningenactie. Vorige maand stemde de raad toch onverwachts unaniem in met de motie van Pro ’98.

Het Schaffelaarpodium hanteerde donderdagavond de zogenaamde rondetafelformule. Een panel van zes personen praatte aan een lange tafel over diverse stellingen. Daaromheen zat het publiek, dat deel kon nemen aan de discussie.

Tweederangsouders

Met de drie huidige christelijke middelbare scholen is er weinig keuzemogelijkheid in Barneveld, meenden Mijntje Pluimers, leerkracht van een rooms-katholieke basisschool, en veel andere deelnemers gisteravond.

De roep om openbaar onderwijs in Barneveld is niet nieuw. Cor Wiesnekker probeerde al in de jaren tachtig een school van de grond te krijgen. Dat mislukte om twee redenen, legde hij donderdagavond uit. „In de raad ontbrak de politieke wil om mee te werken. Een meerderheid van de partijen is van christelijke signatuur en daar ligt het hart op een andere plek.”

Bovendien, stelde Wiesnekker, hanteert het protestants-christelijke Johannes Fontanus College (JFC) een te ruim toelatingsbeleid. „De school laat veel leerlingen toe die niet tot de kerkelijke achterban behoren. Maar hun ouders mogen geen deel uit maken van de medezeggenschapsraad of het bestuur. Het zijn tweederangsouders. Dat is inconsequent.”

Volgens rector Boudewijn Ridder van het JFC is de school vrij om zijn eigen toelatingsbeleid te voeren. „Er zijn genoeg alternatieven voor ouders die zich niet kunnen vinden in de identiteit van het JFC, bijvoorbeeld in Ede, Amersfoort of Harderwijk.”

Wiesnekker: „Ik zou me als ouder toch wat gepasseerd voelen.” Ridder: „Als ouders met ons beleid akkoord gaan, is er geen vuiltje aan de lucht.”

„Goedkope argumenten”, noemde inwoonster Froukje Bakker van Barneveld het betoog van Wiesnekker. „U schuift de schuld in de schoenen van de politiek en het JFC, maar als er voldoende animo was geweest voor een openbare middelbare school, dan was het gelukt. De politiek is verplicht aan zo’n verzoek gehoor te geven.”

Wiesnekker gaf Bakker gelijk. „Ouders die hun kinderen naar een openbare school sturen zijn misschien wat minder principieel dan christelijke ouders. Ze kiezen wellicht sneller voor gemak.”

Gespreksleider en oud-burgemeester Wim Burgering vraagt zich af of Wiesnekker zich 25 jaar geleden niet te snel heeft laten afschepen op het gemeentehuis. Wiesnekker: „Openbaar onderwijs wordt geïnitieerd door de overheid. Wij hebben de pech dat er de laatste jaren altijd wethouders van de verkeerde partij de onderwijsportefeuille beheren.”

Shantykoortje

„Waarom hebt u geen motie in laten dienen?”, vraagt Burgering zich af. „De mogelijkheden houden als burger ergens op”, aldus Wiesnekker.

„Niet-gelovigen zijn niet zo georganiseerd als gelovigen, omdat ze geen gezamenlijke verenigingen en kerken hebben”, meent raadslid J. Beijer van Pro ’98. CDA-raadslid K. van der Werf ontkent dat. „Als je voldoende gemotiveerd bent, vind je elkaar altijd. Voor het oprichten van een shantykoortje waren er in no-time tachtig personen bij elkaar.”

Volgens Luc Schumer van onderwijsorganisatie Eem-Vallei Educatief hebben Barnevelders boven alles geduld nodig. „Het openbaar onderwijs zal een aantal jaren nodig hebben om saamhorigheid en onderlinge binding te kweken, maar dan krijgt het over een paar jaar vast de plek die het verdient.”