Tenzij Milutinovic zich zelf overgeeft, zal hij zodra zijn presidentstermijn afloopt aan het tribunaal worden overgedragen, aldus Djindjic. Hij heeft Milutinovic ertoe opgeroepen zelf contact op te nemen met het Joegoslavië-tribunaal. De termijn van Milutinovic, die in 1997 president van Servië werd, loopt op 5 januari af.

„Den Haag kan niet worden vermeden”, zei Djindjic op een persconferentie. „De enige vraag is of het via de moeilijke weg zal gaan of vrijwillig.” Minister van Buitenlandse Zaken Goran Svilanovic viel hem later bij met de verklaring dat alle verdachten van het Joegoslavië-tribunaal moeten worden uitgeleverd, „omdat we niet als lid van de internationale gemeenschap kunnen worden geaccepteerd als we onze internationale verplichtingen niet nakomen.”

Het Joegoslavië-tribunaal heeft Milutinovic tegelijk met de Joegoslavische ex-president Slobodan Milosevic aangeklaagd wegens oorlogsmisdaden door het Servische leger in Kosovo in 1998-1999. De Servische autoriteiten hebben steeds geweigerd hem uit te leveren omdat hij als president immuniteit voor rechtsvervolging genoot. De hoofdaanklaagster van het VN-tribunaal, Carla Del Ponte, heeft de Servische regering vorige week nog verzocht om de uitlevering van Milutinovic zodra hij geen president meer is.

Djindjic speelde vorig jaar ook een belangrijke rol in de arrestatie en uitlevering van Milosevic. Behalve Milutinovic zijn nog enkele andere vooraanstaande verdachten van het Joegoslavië-tribunaal op vrije voeten: de voormalige Bosnisch-Servische leider Radovan Karadzic en diens generaal in de Bosnische oorlog van 1992-1995, Ratko Mladic.