Binnenland

„Soms zou ik het huis uit willen vluchten”

In haar eentje moet bijstandsmoeder Sabine Neuteboom (34) voor haar 2-jarige dochtertje Rozemarijn zorgen. Ze kan de eindjes nauwelijks aan elkaar knopen. „Mijn wereld is erg klein. Soms zou ik het huis wel uit willen vluchten.”

J. Visscher
23 December 2002 11:18Gewijzigd op 14 November 2020 00:01
HOOGEVEEN - Bijstandsmoeder Sabine Neuteboom met haar dochtertje Rozemarijn. „Het is gewoon vreselijk moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen.” - Foto Jacob Melissen
HOOGEVEEN - Bijstandsmoeder Sabine Neuteboom met haar dochtertje Rozemarijn. „Het is gewoon vreselijk moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen.” - Foto Jacob Melissen

De politieke voorkeur van Sabine Neuteboom laat zich niet moeilijk raden. ”Je zal maar wakker worden en je hart zit niet meer links”, grapt een sticker op de koelkast. Op de vloer prijkt Jan Marijnissen op een SP-poster.

Het interieur in haar rijtjeshuis in Hoogeveen oogt proper. Op tafel staat een kerststalletje. „Vergis je niet”, waarschuwt de bijstandsmoeder. „Veel spullen die je hier ziet, heb ik van anderen gekregen. Meubels, de tv, de pc, pannen. Ik kan die dingen zelf echt niet betalen. Zeker niet na de invoering van de euro.”

Toen Sabine vijf jaar geleden samen met haar vriend vanuit Rotterdam in Drenthe neerstreek, begon de narigheid. De relatie met de man waarmee ze acht jaar haar leven deelde, liep stuk. Later ontmoette ze in Hoogeveen een ander, van wie ze in verwachting raakte. „Dat was een zeer bewuste keus, waar maanden praten aan voorafging.

Tot een duurzame verhouding met de man kwam het echter nooit. Integendeel, na hoogoplopende ruzies stond Sabine er alleen voor. In een caravan kwam Rozemarijn ter wereld. Na eerst nog gehuisvest te zijn in een „tot vakantiehuisje omgebouwde varkensstal”, konden Sabine en haar dochtertje dit voorjaar terecht in een rijtjeshuis.

Met een maandelijkse uitkering van 985 euro en 172 euro kinderbijslag per kwartaal moet Neuteboom alle zeilen bijzetten om in het levensonderhoud te kunnen voorzien. Aan huur betaalt ze circa 208 euro per maand. Daarnaast zijn er de kosten voor zaken als gas, water, licht, ziektekostenverzekering. Verder vormen vooral de telefoon- en e-mailkosten een fikse aanslag op de portemonnee. Afgelopen maand bedroeg de telefoonrekening 155 euro. Contacten met vrienden en familie in het westen verlopen voornamelijk via telefoon en e-mail.

De penibele financiële situatie houdt haar constant bezig. „Je leeft voortdurend in een zekere angst. Heb ik nog wel geld genoeg om rond te komen? Als je eenmaal rood staat, kom je niet meer van je schulden af. Ik vul het ene gat met het andere.”

Voor reparaties is geen geld. „Boven is het gordijn stuk. Dat laat ik maar zo. Mijn fiets rammelt heel raar, toch rammel ik maar even door. Het is gewoon vreselijk moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen.” Bij het boodschappen doen draait Sabine ieder dubbeltje om. Ze winkelt vooral bij Aldi en Lidl of gaat naar de markt. „Ik bezuinig op vers fruit, verse groente en vlees. Ik loop constant naar aanbiedingen te kijken.”

Van familie, vrienden en van de plaatselijke hulporganisatie ”Omzien naar elkaar” ontvangt Neuteboom zo nu en dan een extraatje. „Mijn dochtertje was pas jarig. Dankzij een gift van een welgestelde vriendin kon ik een afgeprijsd tractortje voor Rozemarijn kopen.”

Omdat Sabine een auto en openbaar vervoer niet kan betalen, is ze vaak aan huis gebonden. In Hoogeveen heeft ze nauwelijks kennissen. „Ik sta er alleen voor. Soms zou ik het huis wel uit willen vluchten. Ik heb een heel vrolijk kind, we maken veel lol met elkaar, maar als de zorgen me boven het hoofd groeien, ben ik wel eens kattig en onvriendelijk tegen Rozemarijn.” De peuter verblijft twee dagen per week in een kinderdagverblijf. „Daar kan ze lekker met andere kinderen spelen.”

Voor Neuteboom is het onderwerp ”aan het werk gaan” een lastig thema. Wettelijk heeft ze tot het vierde jaar van haar kind geen sollicitatieplicht. „Enerzijds wil ik de opvoeding niet overlaten aan anderen. Ik wil bewust genieten van dit kleine hummeltje, ook al is dat soms moeilijk. De meeste pedagogen vinden dat een kind in ieder geval tot zijn vierde jaar het beste door de eigen moeder kan worden verzorgd. Aan de andere kant voel ik me schuldig tegenover de maatschappij. Ik zou zelf mijn geld willen verdienen.”

Neuteboom kan zich „heel woest” maken over het beeld dat volgens haar met name de media schetsen van mensen met een bijstandsuitkering. „Dan hebben ze het over uitkeringstrekkers die helemaal niks willen. Alsof ik verdraaid niets loop te doen. Ik moet koken, het huis schoonmaken en voor Rozemarijn zorgen. Zo’n peuter vraagt een hoop aandacht.”

De Hoogeveense bijstandsmoeder legt zich op dit moment toe op een studie Duits. „Die cursus ben ik gestart om mijn gedachten te verzetten. Anders word je gek. Ik wil in de toekomst voor de klas staan. Dan kan ik zelf mijn geld verdienen. Hoe het later allemaal moet met Rozemarijn: Ik weet het echt niet.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer