Getouwtrek om eerste kievitsei
Wie vond het eerste kievitsei? Volgens de Zeeuwen is het Adriaan Jansen uit Yerseke. In Utrecht strijkt echter vogelaar Reijer Manten met de eer. Hij vond zondag een kievitsei in de maatpolder bij Eemnes.
Jansens vondst wordt niet erkend, omdat zijn kievitsei onvindbaar was. Dat heeft een merkwaardige voorgeschiedenis. Jansen zelf is niet te bereiken, maar zijn vader vertelde maandag hoe het verliep. Adriaan Jansen fietst donderdagmiddag een rondje door de Yerseke Moer, een natuurgebied. Vanaf het fietspad ziet hij hoe een kievit ruzie maakt met een paar kraaien. De Yersekenaar vermoedt dat er een nest in de buurt is.Gespikkeld
Jansen moet eerst een poosje zoeken voor hij het nest aantreft. Over de sloot en langs een dammetje, en jawel, daar liggen de gespikkelde, felbegeerde eieren. Omdat het in Zeeland verboden is de eieren te rapen, laat Jansen ze liggen en besluit de Stichting Beheer Natuur en Landelijk Gebied en de pers in te schakelen.
Vrijdagmiddag waagt een ploeg journalisten de sprong over de sloot om het nest te bewonderen. Als ze echter op de plek van bestemming komen, is de vogel gevlogen en het nest leeg. De vader van Jansen heeft er wel een verklaring voor: „Die kraaien, dat zijn van die schoften. Die hebben natuurlijk het nest leeggevreten.”
Jansen denkt dat de kraaien de mannetjeskievit net voor zijn geweest. „Het mannetje moet na de leg met nestmateriaal de eieren toedekken, zodat andere vogels de eitjes niet zien. Daar was hij nu net te laat mee.”
De vondst van het nest wordt niet erkend, simpelweg omdat de eieren niet meer te vinden zijn. Spijtig voor Jansen, maar een geluk voor Van Manten, die zondag een ei vond bij het Utrechtse Eemnes dat wel erkend wordt als eerste vondst.
Hebben Van Manten en Jansen het ei laten liggen, in Friesland rapen vogelaars de eieren op. Mark van Leeuwen van Landschap Erfgoed Utrecht veroordeelt deze werkwijze: „Uit die vroege eieren groeien de sterkste vogels. In Friesland worden die stelselmatig uitgeroeid. Daarmee veroorzaakt de bond in het ergste geval het uitsterven van de kievit.”
De Bond van Friese Vogelbeschermingswachten (BFVW) heeft echter jaren gevochten voor het raaprecht. Dit jaar mag de gelukkige vinder sms’en wanneer hij op een kievitsei stuit. Wanneer de BFVW groen licht geeft, mag de vinder het ei meenemen. De bond is dit jaar al enkele keren benaderd door een vinder.
Voorjaarsgenoegen
Marco Hoekstra, beleidsmedewerker van de BFVW, pleit voor het behoud van het raaprecht. „We hebben een strakke grens getrokken: er mogen niet meer dan 6431 eieren geraapt worden. Dat is een percentage van 1 procent van het totaalaantal eieren. Wij gunnen onze vrijwilligers dit onschuldige voorjaarsgenoegen, met de verplichting later mee te helpen om de nesten te beschermen.”