Op 29 april vorig jaar belde S. aan bij een plaatsgenote. Toen zij opendeed, begon hij vrijwel direct haar haar en gezicht te betasten, tegen de wil van de vrouw. De rechtbank achtte aanranding bewezen, omdat zijn gedragingen in strijd met de sociaal–ethische normen zijn. Ook waren ze van seksuele aard, omdat de man er opgewonden van werd, zo bleek uit de verklaring van het slachtoffer.De man duikt al jarenlang af en toe in Zuidoost–Drenthe op. Dan geeft hij zich bij vrouwen aan de deur uit voor medewerker van een kapsalon en vraagt ze hun haar te mogen doen. Vaak kwamen de slachtoffers er later achter dat de man geen kapper was, maar lust beleefde aan het woelen door vrouwenhaar en het te knippen. Toch kon de man nooit eerder veroordeeld worden, omdat hij volgens de wet niets strafbaars deed.

De rechtbank rekende het S. zwaar aan dat hij het huis van de vrouw binnen was gegaan, terwijl zij alleen thuis was en dat hij haar in haar lichamelijke en psychische integriteit had aangetast.

De Emmenaar, die aan meerdere gedragsstoornissen lijdt, is licht verminderd toerekeningsvatbaar verklaard. Hij verklaarde tijdens de behandeling van de zaak twee weken geleden dat hij inmiddels is gestopt met zijn ’kapperspraktijken’. „Ik kan de drang om aan het haar van vrouwen te zitten nu beheersen”, aldus de Emmenaar.