Minister voert druk op NS op
De Nederlandse Spoorwegen krijgen van minister De Boer (Verkeer) tot eind volgende week de tijd om af te zien van een deel van de aangekondigde verhoging van de treintarieven.
Als het bedrijf niet door de knieën gaat voor deze eis van de Tweede Kamer, begint het ministerie van Verkeer en Waterstaat met de voorbereiding van juridische stappen.
Dat heeft De Boer woensdag laten weten. De Spoorwegen zeiden begin deze week nog te wachten op meer informatie van De Boer, maar volgens de minister is hij glashelder geweest. Toch heeft hij dinsdagavond weer naar de telefoon gegrepen en NS-directeur Veenman te verstaan gegeven dat de kaartjes vanaf 1 januari met 4,9 procent duurder mogen worden, maar dat van een tweede verhoging van 4,15 procent per 1 juli geen sprake mag zijn. Als de NS voet bij stuk houdt, stapt De Boer naar de rechter.
Directeur Veenman zei woensdag dat de prijsverhoging in juli niet door hoeft te gaan als de overheid financieel bijspringt. Volgens Veenman staan de Spoorwegen in hun recht. De prijsverhoging is nodig om niet in de rode cijfers terecht te komen en de dienstverlening op peil te houden.
De NS heeft het plan de prijzen in een halfjaar tijd met 9 procent te verhogen, terwijl de prijsstijging volgens het contract is gekoppeld aan de inflatie. Volgens de NS vallen de twee verhogingen toch binnen de afspraken, omdat de ene in 2002 wordt doorgevoerd en de andere in 2003.
Aanvankelijk hadden De Boer en de juristen van zijn departement weinig fiducie in een rechtszaak, maar rechtsgeleerden deelden de Tweede Kamer mee dat de NS niet zo sterk staat als het bedrijf denkt. De Boer bevond zich maandag al wat meer op de lijn van de Kamer: „Ik denk dat een rechter zich wel achter zijn oren zal krabben als hij ziet hoe de NS de tarieven twee keer wil verhogen, terwijl de reiziger eerst nog is beloofd dat de tarieven in 2002 niet zouden stijgen.”