OM eist celstraffen tot acht jaar in Delftse pinkzaak
Het Openbaar Ministerie in Den Haag heeft vrijdag voor het gerechtshof in Den Haag celstraffen tot acht jaar geëist tegen drie verdachten in de Delftse pinkzaak. De mannen zouden in mei 2006 betrokken zijn geweest bij een overval in Delft, waarbij de pink van een 21–jarige man en het haar van diens 22–jarige vriendin werden afgeknipt met een snoeischaar.
Het OM vermoedt dat de „bizarre en gruwelijke zaak" iets te maken heeft met een concurrentiestrijd binnen de anabolenmarkt. De slachtoffers waren daarbij echter helemaal niet betrokken. Een van de verdachten zou jaloers zijn geweest op de Delftenaar vanwege diens vriendin en het stel zwart hebben gemaakt in het ’anabolenwereldje’.De verdachten stonden in het najaar van 2007 terecht voor de rechtbank. Alleen de 24–jarige Niyaaz B., de jaloerse aanstichter van de overval, kreeg toen een celstraf opgelegd. Hij moest acht jaar de gevangenis in. Het OM eiste vrijdag in hoger beroep een gevangenisstraf van zeven jaar tegen deze Hagenaar.
De twee mannen die vrijdag een straf van acht jaar tegen zich hoorden eisen, werden eerder door de rechtbank vrijgesproken. Een van hen is de 29–jarige Joeri van der P. uit België. Het OM ziet hem als de uitvoerder. Kort na de overval bleek hij in het bezit van een koffertje, met daarin een snoeischaar waarop DNA–materiaal van het slachtoffer zat.
Ook de 36–jarige Rene van der Z. uit Helmond gaat acht jaar de gevangenis in, als het aan het OM ligt. Hij wordt gezien als de opdrachtgever van de overval.
Voor een vierde man die vrijdag terecht stond, de Belg Robin R., vroeg het OM vrijspraak, omdat er geen bewijs tegen hem was.