De ontwikkelingen in en rond de IJsselmeerziekenhuizen zijn bijna niet meer te volgen. Werd twee dagen de opnamestop voor het Lelystadse Zuiderzeeziekenhuis opgeheven, direct daarop verlengde de inspecteur voor de gezondheidszorg de opnamestop voor het Dokter Jansenziekenhuis in Emmeloord.

Vrijdagmorgen verklaarden de wethouders van Noordoostpolder en Urk tijdens een gezamenlijke persconferentie „deze discriminatie beu te zijn” en een officieel bezwaarschrift tegen de opnamestop te zullen indienen. Tevens deden beide wethouders „een klemmend beroep” op de Tweede Kamer om een einde te maken aan „de alleenheerschappij” van interim-directeur J. W. Brinkman.

Het eigenmachtig optreden van Brinkman wordt door beide wethouders zwaar bekritiseerd. „Het vertrouwen in deze man brokkelt met de dag verder af”, laat wethouder J. Ritsema van de Noordoostpolder weten. „Brinkman vormt een belangrijk obstakel om tot een oplossing van de problemen te komen.” Met klem roept Ritsema ertoe op een persoon „van voldoende kaliber” naast Brinkman te benoemen.

Voor de vertrouwensverklaring, die nu elke specialist in beide ziekenhuizen moet ondertekenen, hebben de twee wethouders geen goed woord over. „Vertrouwen moet je winnen, maar niet door middel van een afgedwongen handtekening”, aldus wethouder M. Oost-de Boer van Urk. „Draagvlak is nodig, maar geen dictatuur. Hoelang kan dit nog zo doorgaan?” vraagt ze zich hardop af. Beide wethouders noemen het „een noodkreet richting Den Haag”, wanneer zij vragen „een einde aan deze affaire te maken.”

Daarnaast dienen beide gemeentebesturen een officieel bezwaarschrift in tegen de opnamestop in het ziekenhuis in Emmeloord. Een spoedprocedure wordt bepleit. „Wij hebben concrete signalen dat de patiëntenzorg in gevaar komt”, motiveert Ritsema. „De wijze waarop de inspecteur gebruik heeft gemaakt van zijn bevoegdheid staat in geen enkele verhouding tot de belangen van de inwoners van het gebied. Aan de opnamestop moet een einde komen, ter voorkoming van ernstige gevolgen.”

Van de raad van toezicht van beide ziekenhuizen, die Brinkman twee keer ontsloeg en drie keer tot interim-directeur benoemde, lijkt ook niemand meer over te blijven. Na D. H. A. van Hemmen trad J. Barendrecht begin van deze week af. Die kon zich, evenals Van Hemmen, niet vinden in de terugkeer van Brinkman. Inmiddels heeft ook P. Stegers, namens de cliëntenraad lid van de raad van toezicht, bedankt en donderdag vertrok H. Leutscher, die de ondernemingsraad vertegenwoordigde. Slechts twee leden -ver beneden het statutair vereiste aantal- telt de raad van toezicht nog.

Het door Brinkman gepresenteerde plan van aanpak was de reden waarom Leutscher aftrad, laat OR-voorzitter F. Mascini weten. „Dat plan voldoet bij lange na niet aan de opdracht van de minister en staat haaks op de initiatiefvoorstellen die de OR in de afgelopen periode zelf heeft ingediend.” De OR-voorzitter vraagt zich vertwijfeld af wie nu wat te zeggen heeft in de ziekenhuizen. „Wie is waartoe bevoegd?” De OR roept minister De Geus ertoe op een bewindvoerder aan te stellen. „Bovendien willen we op korte termijn een gesprek met de minister. De belangen van beide locaties hebben wij op het oog. Maar dat niet alleen.” Volgens Mascini gaat het de OR ook om de werkgelegenheid van 1450 collega’s en de zorg voor de inwoners van Flevoland.