De staatssecretaris nam „in schaatstermen de binnenbocht waar ze de buitenbocht had moeten schaatsen” zei De Hoop Scheffer over Van Ardenne tijdens de behandeling in de Tweede Kamer van de begroting van Buitenlandse Zaken. Volgens VVD-Kamerlid Terpstra zakte Van Ardenne met haar opmerkingen door het ijs.

De staatssecretaris gaf overigens woensdag na het debat toe dat ze haar uitlating niet had moeten doen en dat het kabinet er niet over had gesproken. Donderdag voegde ze daar aan toe ze zich „eerder op glad ijs dan op dun ijs had begeven. Maar ik ben er niet doorheen gezakt”.

De Hoop Scheffer weigerde een oordeel te geven over een motie van de PvdA- en CDA-fractie die de wens uitspreekt dat een volgend kabinet weer een minister voor Ontwikkelingssamenwerking zal kennen. Dat zijn hoogste ambtenaar, secretaris-generaal Majoor, zich daarover onlangs publiekelijk wel een oordeel over permitteerde, was bij hem evenmin in goede aarde gevallen. „De secretaris-generaal heeft hierover geen eigen mening naar buiten te brengen,” aldus De Hoop Scheffer.

Majoor zei in een kranteninterview dat het voor de coördinatie op het ministerie veel beter is als de bewindspersoon voor Ontwikkelingssamenwerking in een hiërachische verhouding staat tot de minister van Buitenlandse Zaken.