Het college van B en W had het voorstel tot afschaffing ingediend. Het achtte het verbod niet handhaafbaar. ChristenUnie (CU) en SGP dienden een amendement in om het vloekverbod uit te breiden met een verbod op kwetsend taalgebruik. Deze partijen, alsook het CDA en een PvdA’er, steunden het amendement.In de toelichting op het amendement gaf de CU aan het belangrijk te vinden dat de lokale overheid helder aangeeft dat het een groot goed is om de naam van God te eerbiedigen. Ook moet volgens de partij duidelijk zijn dat de lokale overheid zich keert tegen het bewust kwetsen en beledigen van haar burgers.

In het college had het voorstel tot opheffing van het vloekverbod ook al tot discussie geleid. CU-wethouder A. Bragt nam uiteindelijk een minderheidsstandpunt in.

De wethouder zei „zeer teleurgesteld” te zijn „over het feit dat een lokale overheid op deze wijze een volstrekt verkeerd signaal afgeeft voor haar burgers. Juist in een tijd waarin gesproken wordt over het handhaven van waarden en normen gaan we over tot het afschaffen van dit soort regels.”