Dat bleek dinsdag tijdens een debat in de Senaat. Ouders van kinderen met een lichamelijke of verstandelijke handicap krijgen een budget (rugzakje) dat ze mogen geven aan de ’gewone’ school die hun kind plaatst. Van het geld kan de school extra begeleiding betalen.

De gedachte achter de wet is dat kinderen met een handicap zoveel mogelijk naar school moeten in hun eigen woon- en leefomgeving. Vooruitlopend op de wet zijn er al diverse leerlingen met een handicap op reguliere basisscholen en scholen voor voorgezet onderwijs geplaatst.

VVD-senator mevrouw Dupuis bekritiseerde de vooronderstelling van de wet, namelijk dat alle leerlingen zoveel mogelijk gelijk behandeld moeten worden, ongeacht hun handicap: „Het gelijkheidsbeginsel toepassen zonder omzien naar bijzondere omstandigheden klinkt politiek correct, maar is immoreel. Juist de extra aandacht en zorg die gehandicapte leerlingen vaak nodig hebben, leiden ertoe dat een ander soort onderwijs nodig is.”

Verder denkt Dupuis dat de nieuwe wet een te zware belasting is voor scholen, leerkrachten en andere leerlingen. De politica wees op de uitkomst van een enquête onder protestants-christelijke scholen waaruit blijkt dat de helft van de scholen tegen de wet is.

De invoering van het rugzakje is gepland in augustus 2003. Aanvankelijk zou de wet in augustus dit jaar van kracht worden, maar CDA en VVD verklaarden het wetsvoorstel in april van dit jaar, na de val van het kabinet-Kok, controversieel. Nu is het kabinet ook demissionair, maar volgens het CDA is langer wachten niet verantwoord.

Een belangrijk onderdeel van de wet is dat scholen voor speciaal onderwijs met elkaar moeten samenwerken in zogenaamde Regionale Expertisecentra (REC’s). Daarbij is niet gekeken naar de richting van de scholen, maar alleen naar de regio. De reformatorische school voor speciaal onderwijs Rehoboth te Ede is daardoor in problemen gekomen. Die kon zich vanwege principiële bezwaren niet aansluiten bij het REC-GrootGelre.

ChristenUnie-senator Groen, die mede namens de SGP sprak, vroeg aandacht voor deze school. Minister Van der Hoeven van Onderwijs verwees de discussie hierover naar het nog komende debat over de kwestie dat de scholen onderwijsinhoudelijke taken naar de REC’s zouden moeten overhevelen.

Overigens bestaat er in het onderwijsveld en in de politiek de nodige weerstand tegen deze toekomstige uitbreiding, omdat daarbij nadrukkelijk artikel 23 van de Grondwet over de vrijheid van onderwijs in het geding is.