Het bevoorradingsschip ligt op dit moment in Den Helder. Door de grote hoeveelheid water zakte de achterzijde van de 170 meter lange Zuiderkruis gisteren bijna 2 meter dieper in het water. Gevaar voor zinken was er niet, benadrukte marinewoordvoerder Bart Visser vanmorgen. „Daarvoor is de haven van Den Helder te ondiep.”Het gat in de scheepsromp werd gistermorgen om half acht ontdekt. Het lek bevindt zich waarschijnlijk bij de inlaat van het brandblussysteem. Met behulp hiervan kan de bemanning eventuele branden aan boord blussen met zeewater. Waardoor het lek is ontstaan, kon Visser vanmorgen nog niet zeggen. De marine stelt een onderzoek in.

De marinebrandweer is woensdag de hele dag bezig geweest het water uit het schip te pompen. „We hebben het lek inmiddels letterlijk en figuurlijk boven water”, aldus Visser. Duikers zijn ingezet om de schade aan de machinekamer te inventariseren. Over de omvang daarvan zou vandaag meer bekend worden.

Volgens de marine heeft het incident geen gevolgen voor de toekomstige inzet van het bijna 17.000 ton metende vaartuig. De Zuiderkruis (1975) ligt voor onderhoud in Den Helder. Het bevoorradingsschip komt volgens planning pas medio volgend jaar weer in de vaart. Op dit moment bevindt zich geen bemanning aan boord.

Nederland telt twee bevoorradingsschepen. Defensie gebruikt deze om marineschepen uit binnen en buitenland te voorzien van onder andere voedsel, munitie en kleding. Verder kan het vaartuig worden ingezet om evacués op te vangen of mariniers te transporteren. Normaal gesproken telt het schip zo’n 190 opvarenden.