„Verdedigen mag, wraak nemen niet”
Ervaringen met geweld hebben een enorme impact op burgers. Als de politie een zaak bovendien niet kan oplossen, ontstaat begrijpelijkerwijs een groot gevoel van machteloosheid. Na lezing van de reacties van de briefschrijvers is dat de eerste gedachte van de Middelburgse officier van justitie mr. A. S. Flikweert, zelf hervormd en bekend met de gereformeerde gezindte.
Veel reacties van RD-lezers noemt Flikweert „vrij ongenuanceerd.” „In de hele samenleving is het de laatste weken de trend om vrij fors te reageren. Velen zeggen bijvoorbeeld dat ze inbrekers flink zullen toetakelen wanneer ze de kans krijgen. Mensen roepen dingen zonder precies op de hoogte te zijn van een bepaalde kwestie. Daar staat tegenover dat er ook RD-lezers zijn die redeneren in de trant van: we mogen geen kwaad met kwaad vergelden.”
De Middelburgse magistraat benadrukt dat burgers zeker het recht hebben om eigen en andermans goed te verdedigen. „In het Wetboek van Strafrecht staat expliciet dat je dan níet strafbaar bent. De rechter houdt terdege rekening met noodweer, is mijn ervaring. Punt is dat het bij gepast geweld moet blijven. Een winkeldief kun je niet met een mes te lijf gaan.”
Burgers zeggen: Een overvaller begint de ellende, dus hoef je niet te zachtzinnig te zijn.
„Ik kan me zo’n reactie wel voorstellen, maar keur die niet goed. Als je aangevallen wordt, mag je jezelf zeker verdedigen. Maar wraakneming gaat te ver. Dan ga je over de schreef. Enerzijds besef ik dat het lastig is om in een paar seconden de juiste beslissing te nemen, anderzijds zeg ik toch ook: In de meeste gevallen voelen mensen best snel aan hoe je zou moeten reageren. Dat is helemaal niet zo’n punt.”
Burgers mogen de hand wel eens in eigen boezem steken, stelt Flikweert. „Ik zou willen dat burgers meer ingrijpen bij geweld op straat. Zelf was ik er vorig jaar in Middelburg getuige van dat een jongen op een scooter een oude vrouw omver reed. Omstanders reageerden niet. Zelf heb ik de jongeman tegengehouden. Vaak helpt het al als je een flinke schreeuw geeft. De jongen was volstrekt verbouwereerd dat ik hem aansprak.”
In de brieven klinkt veel frustratie door over criminaliteit onder allochtonen.
„Ik vind dat wat te kort door de bocht. Daarmee stigmatiseer je groepen buitenlanders. Je spreekt dan ook veel mensen aan die niets verkeerds doen.”
Verhult u zo de problemen niet? Menig onderzoek toont aan dat groepen allochtonen voor forse overlast in steden zorgen.
„Ik heb die cijfers niet bij de hand. Niet alleen allochtonen veroorzaken problemen. Neem het uitgaansgeweld. Er wordt verschrikkelijk veel gedronken, juist vaak door autochtonen. Op de zittingen word ik geconfronteerd met de akelige gevolgen van dat alcoholmisbruik. Eén verkeerde oogopslag en de vlam slaat in de pan.”
Er heerst fors wantrouwen jegens politie en justitie. Een vrouw schrijft: Een boer die illegaal mest loost pakken ze wel, een inbreker laten ze lopen.
„Ik vraag me sterk af of dit de werkelijkheid is. Justitie neemt aangiften van inbraken wel degelijk serieus. Punt is alleen dat de politie meestal niet ter plekke is op het moment van de inbraak. Het kan dan lastig worden om de dader te pakken te krijgen, omdat je weinig sporen hebt. Overigens blijft een illegale mestlozing een delict.”
Menigeen pleit voor hogere straffen. Terecht?
„Burgers zouden eens een dag in de rechtszaal moeten meelopen. Dan krijg je oog voor nuances van een zaak. Iemand die voor de eerste keer in aanraking komt met justitie, vanwege bijvoorbeeld een winkeldiefstal, kun je niet meteen in de cel stoppen. Daders van ernstige delicten krijgen wel onder uit de zak. Deze week kreeg een dader bij een overval op een benzinestation, waarbij de pomphouder om het leven kwam, veertien jaar cel. Dat is fors.”
Veel burgers zijn dat niet met u eens. Die redeneren: De man loopt bij goed gedrag na een jaar of tien weer los rond. De nabestaanden van de omgekomen pomphouder hebben levenslang.
„Vanuit de slachtoffers kan ik zo’n reactie wel begrijpen. Het gemis van een geliefde kan niet worden gecompenseerd. In zijn algemeenheid geldt voor ons strafrechtsysteem dat je niet alleen straft uit vergelding, maar ook bijvoorbeeld leerstraffen oplegt om iemand op het goede pad te krijgen.”