Griekse aanklager wil zeven vliegtuigspotters in cel houden
De Griekse aanklager in de zaak tegen de Britse en Nederlandse vliegtuigspotters heeft er woensdag op aangedrongen om de zwaarste veroordelingen tegen zeven van de spotters te handhaven, maar om de andere zeven beklaagden vrij te laten.
Aanklager Nikos Pandelis voerde als argument aan dat het geen spionnen zijn „in de klassieke zin van het woord, maar dat het erom gaat of ze al dan niet wisten dat ze geheime informatie verzamelden”. Hij eiste dat vijf Britten en twee Nederlanders die in april drie jaar gevangenisstraf hebben gekregen, wel degelijk achter de tralies verdwijnen. De zes medeplichtigen, veroordeeld tot één jaar cel, zouden hun vrijheid kunnen terugkrijgen, evenals een zevende die eerder tot drie jaar is veroordeeld.
Als de rechtbank de eis volgt, rest de zeven mannen nog één laatste mogelijkheid om in Griekenland in beroep te gaan. Een uitspraak wordt mogelijk laat op woensdag verwacht.
De rechtbank hoorde tevens militaire experts die betoogden dat de informatie die de spotters noteerden ook makkelijk in publicaties en op internet te vinden zijn. Een Britse defensie-analist, Paul Jackson, vertelde het hof dat vliegtuigspotters een heel gewoon verschijnsel zijn in vele landen en helemaal geen bedreiging vormen voor de veiligheid.
Het Nederlandse parlementslid Mat Herben stelde dat alles wat zichtbaar is „per definitie niet geheim kan zijn. Het vliegtuig zelf is helemaal niet geheim. De tactieken van de piloten, de training en de systeemsoftware daarentegen zijn wel belangrijk”, zo getuigde Herben ter verdediging van de vliegtuigspotters.
„De werkloosheid onder spionnen moet wel erg groot zijn als ze zich bewegen in groepen van veertien”, schertste de LPF’er nog.