Van webdesigner tot kasteelheer
Het kasteel van Berkeley is oud, de familie die het bewoont ook. Al bijna 900 jaar huizen Berkeleys in dit middeleeuwse bouwwerk, gelegen tussen de Engelse steden Bristol en Gloucester. Een unicum. Eigenaar Charles Berkeley: „Het kasteel bewaren voor de toekomst is niet echt een last, maar de verantwoordelijkheid kan me soms wel benauwen.”
Charles Berkeley (40) oogt als een Engelse landedelman: een casual broek, een overhemd met een eenvoudige stropdas en daarover een ruitcolbert die tevens als warme jas dienst kan doen. Soms gaat er even een hand door zijn haar.Zijn begroeting is enthousiast, maar ook stijlvol. Het is de groet van een vriendelijke aristocraat. Berkeley is niet van adel, maar verkeert wel in die kringen.
Het geslacht Berkeley heeft aanzien in Groot-Brittannië. Dat is al eeuwen het geval. De Berkeleys behoren tot de drie Engelse families die hun stamboom kunnen terugvoeren tot de tijd van de Saksen in de zevende eeuw.
De Berkeleys hebben altijd in de nabijheid van de koninklijke familie van Engeland verkeerd. „Veel van de Engelse koningen hebben hier wel een keer gegeten”, zegt Berkeley, staand voor de grote schouw in de statige ridderzaal van zijn kasteel. De vorsten kwamen op doorreis langs, om te jagen of om besprekingen te voeren.
Goed contact met de familie Berkeley was van belang vanwege de strategische ligging van het kasteel. Dat was een van de redenen waarom de Nederlandse stadhouder Willem III het waardeerde dat George, de negende lord Berkeley, in 1689 direct zijn steun aan hem toezegde toen hij de Noordzee overstak om de Engelse troon te bestijgen.
Het is niet altijd koek en ei geweest tussen zijn voorouders en de Engelse vorsten, vertelt Berkeley. „Koning Edward II heeft op dit kasteel gevangengezeten en is hier in 1327 vermoord.” Edward II -stichter van de universiteiten in Cambridge en Oxford- probeerde de macht van de edelen in te perken, maar moest die strijd met de dood bekopen. In het kasteel van Berkeley tonen de gidsen met een zekere trots de plaats waar Edward gevangenzat en aan zijn einde kwam.
Met latere koningen waren de contacten beter. In 1697 kregen de Berkeleys de grafelijke titel. Ze dienden de koning onder meer als ambassadeur en als hoge legerofficier; een van hen schopte het tot admiraal.
Lagere titel
De vijfde graaf Berkeley (1745-1810) was een bijzonder geval, vertelt Berkeley. „Hij trouwde in het geheim met een eenvoudig meisje uit de buurt, Mary Cole. Ze was de dochter van een handelsman. Ze kregen kinderen. De oudste zoon werd als de erfgenaam gezien. Een aantal jaar later trouwde hij opnieuw met haar, maar nu officieel. Toen begon het getouwtrek, want waren de eerste kinderen nu wel of niet wettig? Uiteindelijk werd het eerste huwelijk niet erkend door de rechter. De eerste zeven kinderen kregen een buitenechtelijke status. Niet de oudste zoon, maar hun achtste kind werd de echte opvolger en erfgenaam: de zesde graaf Berkeley. De oudste zoon moest het doen met de lagere adellijke titel van baron.”
In 1882 stierf de laatste graaf Berkeley. Op grond van oude en ingewikkelde testamenten kwam het kasteel via een oom in het bezit van John Berkeley, de vader van Charles. „Daarvoor moesten ze eeuwen terug in de stamboom en vanaf daar weer naar boven. Een oud familiedocument schrijft namelijk voor dat de vererving van het kasteel alleen in de mannelijke lijn kan.”
De zoektocht in de grote stamboom verklaart ook waarom Charles geen adellijke titel heeft. „De titel kwam pas in de familie na de aftakking van onze stamboomtak.”
Andere wereld
In 2002 wilde vader Berkeley -toen 71 jaar- het rustiger aan gaan doen en droeg hij de zorg voor het kasteel en de landerijen over aan zijn zoons. Dat was een ingrijpend moment voor de twee broers. De jongste, Henry (1969), kreeg de verantwoordelijkheid voor het landhuis Spetchley met zijn prachtige tuinen, bij de stad Worcester. Robert Charles Grantley Berkeley, de oudste, ’kreeg’ het kasteel.
Charles verbleef al vijftien jaar in de Verenigde Staten. Hij studeerde in Californië management en webdesign en werkte daar in die sector. In Gloucestershire kwam hij in een heel andere wereld terecht. Charles Berkeley ziet het echter als een uitdaging het kasteel voor zijn nageslacht te bewaren. Daartoe voelt hij zich verplicht.
Het nageslacht is er overigens nog niet. De ongetrouwde Charles -hij vormt de 25e generatie die op het kasteel woont- heeft geen kinderen. „Nee, dat komt wellicht nog eens.” Hij hoopt ooit een mannelijke erfgenaam voort te brengen. Charles’ broer kreeg eerder dit jaar wel een kind, een meisje.
Berkeley was recent bijna getrouwd geweest. Op 39-jarige leeftijd gaf hij aan in het huwelijk te willen treden met de Amerikaanse kunsthandelaar Deirdre Erickson-Metcalf (41), een gescheiden moeder van drie kinderen. Enkele weken na de verloving moest hij echter meedelen dat het huwelijk niet doorging. De Amerikaanse ex-man van Deirdre wilde niet hebben dat zijn kinderen naar Engeland zouden verhuizen en hen daardoor maar af en toe zou kunnen zien. Tegelijkertijd stond vast dat het voor Berkeley onmogelijk was om Gloucestershire te verlaten. Daar lag zijn erfenis, die veel tijd en aandacht vroeg. „Zij kon niet hier komen wonen en ik kon niet in Amerika gaan leven. Het was bijzonder verdrietig, maar het zou niet zijn gegaan”, zei Berkeley begin dit jaar tegen een Engelse krant.
Noodkreet
Het kasteel bewaren voor de toekomst valt Berkeley niet altijd mee, zo geeft hij toe. „Het is niet echt een last, maar de verantwoordelijkheid kan me soms wel benauwen”, zei hij eens tegen een Engelse journalist.
Berkeleys zorgen zijn vooral van financiële aard. „We leggen nu elk jaar een ton toe op het kasteel. Het aantal bezoekers loopt terug. Dat moet natuurlijk veranderen.” Gelukkig heeft Berkeley ook inkomsten van de 2400 hectare met grasland, akkers, bos en natuur rond het kasteel.
Samen met zijn staf zoekt Berkeley naar alternatieve bronnen van inkomsten. „We bieden ruimte aan voor bruiloften, bedrijfspresentaties, filmopnamen en conferenties. Om meer bezoekers te trekken, organiseren we spannende rondleidingen voor kinderen. Zo zoeken we naar nieuwe mogelijkheden.”
De extra inkomsten zijn hard nodig om het kasteel in zijn huidige staat te bewaren. Aan een grote restauratie durft Berkeley niet eens te denken. „In 2006 hebben wij een noodkreet geslaakt. Uit onderzoek van de monumentenstichting bleek dat het kasteel hard aan een grote onderhoudsbeurt toe is. Die kost 5 miljoen pond.”
Van de nationale overheid hoeft hij voorlopig niet op veel steun te rekenen, geeft Berkeley aan. „Het is lastig om fondsen los te krijgen. De Olympische Spelen van 2012 zuigen al het geld op”, zegt hij met een zekere verontwaardiging in zijn stem.
Over heel de wereld
- De familie Berkeley heeft over heel de wereld haar sporen nagelaten. Een paar voorbeelden.
- De Amerikaanse topuniversiteit van Berkeley (bij San Francisco) en de stad waar de academie staat, danken hun naam aan de filosoof en bisschop George Berkeley (1685 1753).
- Een andere Amerikaanse topuniversiteit, Yale, werd in het begin medegefinancierd door een Berkeley.
- De Berkeleys waren in 1215 betrokken bij het tekenen van de oudste grondwet ter wereld, de Magna Carta, die de basis vormde voor veel andere grondwetten, zoals die van de VS.
- De eerste Amerikaanse Thanksgiving Day was een initiatief van immigranten uit het Engelse Berkeley.
In de VS, Canada en Australië zijn verschillende plaatsen met de naam Berkeley, waarvan een aantal vernoemd is naar de Engelse familie.
Rode vlek op de vloer en Bijbelteksten op het plafond
Kasteel Berkeley ligt halverwege tussen Bristol en Gloucester in het westen van Engeland. Net buiten het gelijknamige stadje glinstert het water van de brede rivier de Severn, die er uitmondt in het Kanaal van Bristol. Aan de andere kant van de zeearm begint Wales.
Het kasteel van Berkeley staat boven op een heuvel: trots en machtig. De burcht oogt nog steeds onneembaar: dikke muren en kleine ramen.
Veel Britse kastelen zijn na de middeleeuwen aangepast aan de wensen van de tijd en omgebouwd tot woonpaleizen. In Berkeley is dat nauwelijks gebeurd. Eeuwenlang leefden de bewoners er op spartaanse wijze. „Pas in 1918 zijn er badkamers in gekomen”, zegt beheerder en gids Tim Davies.
In het oudste deel van het kasteel –daterend uit de 11e eeuw– is alles op de verdediging gericht: een trap met ongelijke treden waarop veel soldaten struikelden, smalle poortjes, dikke deuren en veel schietgaten.
De nieuwere vertrekken zijn gerieflijker, maar ademen nog steeds een historische sfeer. Vooral de grote ridderzaal is prachtig: twee lange tafels met oude stoelen, grote schilderijen van voorvaders, wandtapijten, vaandels, kroonluchters en een rijk beschilderde balustrade. „Hier op de vloer zit een roodachtige vlek. Volgens de overlevering is daar eeuwen geleden een nar tijdens een van zijn kunsten te pletter gevallen”, vertelt Davies.
Eigenaar Charles Berkeley heeft niet veel geld, maar bezittingen heeft hij te meer. Berkeley Castle herbergt een schat aan oude meesters. Ze hangen er aan simpele kettinkjes alsof het alledaagse prentjes zijn. Het tegendeel is waar: in de schilderijengalerij en andere kamers hangt voor een kapitaal aan meesterwerken. Zo zijn er verschillende zeegezichten te vinden van Willem van der Velde de Oudere (1611 1693). Verderop hangen Hollandse landschappen, een aanzicht van de Jacobijnerkerk in Leeuwarden –„geen idee hoe dat hier komt”– en een Nederlands kerkinterieur.
„Veel schilderijen zouden gerestaureerd moeten worden, maar daar ontbreken de middelen voor. Een paar doeken zijn wel opgeknapt. Musea die een schilderij willen lenen, krijgen het gratis in bruikleen onder voorwaarde dat zij het gerestaureerd terugbezorgen”, zegt Davies.
De tocht door het kasteel voert verder langs de eeuwenoude keuken, het slachthuis, de grote en de kleine woonkamer en de bierkelder. De privévertrekken, waar Charles Berkeley en zijn ouders wonen, blijven dicht. Daar ligt het ”levende hart” van het al zo lang bewoonde kasteel.
Bijzonder in het ridderslot is de Ochtendkamer. Dat was ooit de huiskapel. Op het plafond van de zaal staan teksten uit het Bijbelboek Openbaring in het Normandisch Frans, de taal die in de 14e eeuw op het kasteel door de heren Berkeley werd gesproken. De teksten zijn vertaald door huiskapelaan John Trevisa (1342 1402), een studiegenoot van de Bijbelvertaler John Wycliffe. Trevisa vertaalde in opdracht van zijn werkgever verschillende Bijbelgedeelten in de volkstaal. Het plafond is zo een stille getuige van de eerste voetstappen van de Reformatie in Engeland.
Zie ook: www.berkeley-castle.com