Dat blijkt uit cijfers van het Bureau Verkeershandhaving Openbaar Ministerie (BVOM) in Soesterberg die dinsdag bekend zijn gemaakt.Volgens een woordvoerder heeft de toename te maken met de bekendheid om via internet aangifte te doen en niet met de sterk gestegen brandstofprijzen.

Vorige maand kwamen 1130 onlinemeldingen van brandstofdiefstallen bij het Meldpunt Tanken Zonder Betalen binnen. Het was de eerste keer dat er meer dan duizend aangiften binnen een maand werden geregistreerd.

Sinds september 2006 kunnen pomphouders aangifte doen via internet. Het bureau heeft dat mogelijk gemaakt om beter tegen notoire brandstofdieven te kunnen optreden. Sinds de invoering van het meldpunt is 16.064 keer aangifte gedaan.

Een woordvoerder van het bureau noemt het verleidelijk de brandstofprijs als oorzaak aan te wijzen, maar het bureau wil dat niet voor haar rekening nemen. „Wij zien vooral dat steeds meer benzinepomphouders de weg naar het meldpunt Tanken Zonder Betalen weten te vinden. Zoeken naar oorzaken is wat ons betreft vooral koffiedik kijken.”

Minister Eurlings van Verkeer liet vorig jaar in een brief aan de Tweede Kamer weten dat jaarlijks ongeveer 15.000 automobilisten worden achterhaald die na het tanken zonder te betalen wegreden. Slechts 30 procent van de zogenoemde doorrijders is niet te achterhalen.

Op verzoek van pomphouders is in 2004 een regeling ingevoerd waarbij kentekens van doorrijders worden doorgegeven aan gerechtsdeurwaarders. Die brengen de kosten van het tanken en die van hun eigen werkzaamheden in rekening. Direct bij invoering nam het aantal doorrijders af met 20 procent.