Drie kwartier heen, vier uur terug
Meestal gaat het goed, maar volgens de 81-jarige G. Ruit, verlamd aan de linkerzijde van zijn lichaam, laat het gehandicaptenvervoer regelmatig te wensen over. „Het gebeurt soms dat er geen taxi op komt dagen. Zijn ze je gewoon vergeten.”
De gehandicapte Ruit, sinds twee jaar woonachtig in zorgcentrum Salem in Ridderkerk, is afhankelijk van het gehandicaptenvervoer als hij zich wil verplaatsen. De bejaarde is niet bijzonder te spreken over de taxiritten die hij meemaakt. „In zeker 10 procent van de gevallen gaat er iets mis. De rit duurt te lang, de chauffeur komt te laat of hij rijdt onvoorzichtig. Mijn vrouw moet nogal eens naar boven lopen om te bellen waar de taxi blijft.”Vorig jaar ging hij met zijn vrouw op vakantie naar Oene. „Op de heenreis waren we binnen drie kwartier van Lunteren op ons vakantieadres, op de terugreis deden we er vier uur over. Er moesten allerlei andere mensen meerijden en die pikte de chauffeur allemaal onderweg op. Bovendien was de taxi te laat. Ik was aan het einde van de reis boos en geradbraakt.” Zijn vrouw: „Ik vond het zo erg voor m’n man. Hij had veel pijn.”
Eén keer per week gaat Ruit naar zijn echtgenote, die op een flat in Rotterdam woont. Van tevoren bestelt hij dan een taxi, maar het is niet vanzelfsprekend dat die taxi werkelijk komt. „Ik moet sowieso minimaal altijd een kwartier wachten”, zucht Ruit. „Als hij er dan is, doe ik er gemiddeld zeker drie kwartier over om bij mijn vrouw te komen, terwijl het in twintig minuten kan.”
„Vorige week nog kwamen ze met een gewone bus, in plaats van een rolstoelbus”, vertelt Ruit. Dus reed de chauffeur weer terug naar het taxibedrijf in Barendrecht en stond de goede taxibus een uur later voor de ingang van Salem.
Een andere keer, zo herinnert Ruit zich, zat er een nogal onervaren chauffeur achter het stuur. „Hij vloog veel te hard over drempels heen. Dat deed ontzettend pijn, want ik heb een katheter in mijn buik. Ik heb de chauffeur toen even flink de waarheid gezegd.”
Ruit vindt het vervelend als hij te laat op zijn bestemming aankomt. „Meestal ben ik ongeveer vier uur per week bij mijn vrouw in Rotterdam. Als ik dan later aankom, gaat die tijd van ons samenzijn af. Ik moet per se weer op tijd terug, want ik heb m’n rust hard nodig. Bovendien gaat om 8 uur ’s avonds de dagdienst weg en komt pas een halfuur later de nachtdienst opdraven. Omdat de verzorgsters mij in bed leggen, moet ik op hen wachten als ik te laat kom.”
Ruit, die nu zo’n 2,5 jaar gebruikmaakt van het gehandicaptenvervoer, betaalt per rit naar Rotterdam ruim 2 euro. „Zet dat eens om in guldens. Dat kost ons een vermogen per jaar.”