In deze ruimte kunnen kinderen weer naar hartenlust „ravotten, graven en bijvoorbeeld hutten bouwen”, aldus de notitie.De SGP-fractie constateert dat bij het opstellen van bestemmingsplannen vaak te weinig rekening wordt gehouden met kinderen. Regelmatig wordt deze ruimte achteraf nog ingepast, maar „meestal niet op de ideale plekken, waardoor de omgeving al snel klachten meldt over overlast.” Voor enkele nieuwe wijken moeten de bestemmingsplannen nog vastgesteld worden, vandaar dat de SGP-fractie vroegtijdig aandacht wil vragen voor het welzijn van de jeugd.

Raadslid J. A. Versluis: „We hopen te bereiken dat kinderen niet alleen hun tijd verdoen achter de computer en agressie aankweken door allerlei computerspellen. Laat kinderen weer naar buiten gaan, waar ze hun creativiteit kwijt kunnen.”

Het voorstel beoogt een ”groene ruige ruimte” aan de randen van nieuwbouwwijken, omdat het daar gemakkelijk in te passen is. „Je krijgt zodoende tevens een mooie overgang van woonwijk naar landelijk gebied.”

In deze ruige ruimte wordt gezorgd voor de basisinfrastructuur: de middelen waarmee de kinderen aan de slag kunnen, worden aangeleverd door de gemeente. „We denken op hoofdlijnen aan een glooiend terrein met hoogteverschillen, omzoomd door een groene rand met natuurlijke begroeiing en bomen om in te klimmen en te klauteren; een waterpartij met een drijvende vlotbrug die door kinderen zelf kan worden voortbewogen en staptegels om springend naar de overkant te komen; een voorraad soepele wilgentakken en houten pallets of boomstammen om een wigwam of hutten van te bouwen. Eigenlijk is alles mogelijk.”

Over de praktische kant moet nog goed worden nagedacht, aldus Versluis. „Losliggende boomstammen kunnen voor kinderen gevaarlijk zijn. Omdat we het aan de randen van woonwijken willen realiseren, is een vorm van sociale controle mogelijk, bijvoorbeeld door middel van een oudercomité. Het moet ruig zijn, maar het mag natuurlijk geen rommel worden.”