Buitenland
„We zitten in de eetzaal van de Titanic”

Cité Soleil, stad van de zon, heet de plek waar ze woont. Cynischer kan bijna niet, want de woonplaats van Vania Jacket staat bekend als een van de grootste sloppenwijken van de Haïtiaanse hoofdstad Port-au-Prince. Vanwege de dagelijkse zorgen van de bewoners om rond te komen, zou de plaats evengoed ”schaduwstad” kunnen heten. Vooral nu de stijging van de voedselprijzen hun bestaan nog moeilijker heeft gemaakt.

PORT AU PRINCE – Dagelijks een bord rijst met groente. Voor de meeste Haïtianen is dat sinds de stijging van de voedselprijzen geen vanzelfsprekendheid meer. Foto EPA
PORT AU PRINCE – Dagelijks een bord rijst met groente. Voor de meeste Haïtianen is dat sinds de stijging van de voedselprijzen geen vanzelfsprekendheid meer. Foto EPA
De 42-jarige Vania Jacket is verlaten door haar man en moet in haar eentje drie kinderen groot brengen. Het huisje waarin ze woont lijkt nog het meest op een blok cement met een gat erin. Wie naar binnen gaat, ziet niet meer dan een bed, wat kledingstukken, enkele potten, twee stoelen en een waslijn waaraan wat kleren te drogen hangen.

Vania gaat gebukt onder „la vie chère”, de dure tijd. Jarenlang was een dagelijks portie rijst een vanzelfsprekendheid, maar nu mag ze blij zijn als ze erin slaagt de kinderen en zichzelf drie keer per week wat rijst voor te zetten, al of niet op smaak gebracht met bouillon dat is getrokken van gekookt kippenvoer. Zij en alle andere Haïtianen zagen in twee maanden tijd de prijs van rijst met meer dan 43 procent omhooggaan, en dat hakt erin als je toch al onder aan de armoedegrens bungelt.

Vania heeft ook nog eens pech dat ze geen familie in de Verenigde Staten heeft zitten, zoals nogal wat andere Haïtianen. De ”Haïtiaanse diaspora” telt miljoenen mensen, en het geld dat die jaarlijks naar hun vaderland sturen bedraagt zo’n 2,5 miljard dollar.

Maar Vania moet het alleen zien te redden. Ze verkoopt de fameuze Haïtiaanse kleikoekjes, gemaakt van leem, zout en bakolie, waarop Haïtianen zo graag knabbelen. Vania verkoopt ze voor 3 eurocent per stuk, en omdat steeds meer armen deze koekjes kopen als alternatief voor een portie rijst, kan ze nu wat meer inkomen binnenhalen dan voorheen, toen vooral zwangere vrouwen en kinderen de koekjes aten.

De ellende rond de hoge voedselprijzen op Haïti heeft een voorgeschiedenis die begon in de jaren 80 van de vorige eeuw. Het was de tijd van de SAP’s: de Structurele Aanpassings Programma’s die de Wereldbank en het IMF aan arme landen oplegden, in ruil voor financiële hulp. Ze moesten hun grenzen openen voor exporterende rijke landen als Amerika, mede omdat die veel goedkoper producten konden leveren. Haïti -toch al een van de armste staten ter wereld, waar 75 procent van de bevolking dagelijks van 1,50 euro moet rondkomen- kon goedkoop graan uit de Verenigde Staten best gebruiken omdat het voedselzekerheid aan de miljoenen stedelingen gaf, en zo sociale onrust en politieke instabiliteit voorkwam.

Alleen de tienduizenden Haïtiaanse boertjes waren niet blij met deze invasie van Amerikaanse rijst, die onder de naam Lucky op de markt werd gebracht, en dat lieten ze weten ook. Met straatprotesten en barricades hebben ze geprobeerd deze ommezwaai in de voedselpolitiek tegen te houden, maar het was tevergeefs. De VS voorzien vandaag de dag voor 80 procent in de rijstbehoefte van de 8 miljoen Haïtianen. En de prijs? Wie in de traditionele landbouwgebieden van Haïti gaat kijken, zoals in de streek Artobonite, treft er een en al aftakeling en verwaarlozing. De rijstbouw is op Haïti compleet ingestort.

Maar de voedselveiligheid die Lucky bracht, was van beperkte houdbaarheid. En zo ook de sociale rust en politieke stabiliteit die het moest brengen. Zo gingen onlangs duizenden Haïtianen de straat op om te protesten tegen de hoge voedselprijzen. En dit keer waren het niet de boeren die de barricades bestegen, maar berooide bewoners van de stedelijke sloppenwijken.

Inmiddels heeft president Preval eieren voor zijn geld gekozen en houdt hij de prijs voor rijst met subsidies kunstmatig laag. Een zak van 50 kilo heeft hij zo van 51 naar 43 dollar teruggebracht. Een levensgevaarlijke schijnwereld, want zodra de staatskas leeg is en de bevolking weer wordt geconfronteerd met de werkelijke prijs van rijst, die dan wel eens op 70 dollar per 50 kilo zou kunnen liggen, zijn de rapen gaar. Of, zoals Preval het zelf formuleerde: „We bevinden ons momenteel in de eetzaal van de Titanic.”

Preval weet wat hem te doen staat als het gaat om het veiligstellen van voedsel op de lange termijn: de eigen rijstbouw nieuw leven inblazen en de afhankelijkheid van buitenlands voedsel afbouwen. En voor de korte termijn is hij bezig iets anders veilig te stellen: de strategische nationale rijstvoorraad van 35.000 ton. Alsof het de nationale goudreserve betreft, wordt die momenteel bewaakt door heel veel soldaten, kilometers prikkeldraad en hoge barricades. Zo zeker als hij in de nabije toekomst weer hevige voedselrellen verwacht, zo vastbesloten is Preval om die voorraad tegen massale plundering te beschermen.

Dit is het derde artikel in een serie over de gevolgen van stijgende voedselprijzen voor de armen in de wereld.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer