De datum werd gisteren officieel bekendgemaakt door de centrale kiescommissie.

Oppositieleider Morgan Tsvangirai versloeg in de eerste ronde op 29 maart president Robert Mugabe, maar haalde volgens de officiële uitslag onvoldoende stemmen om direct te worden gekozen. Tsvangirai stelde eerder dat hij net genoeg stemmen had gekregen om in de eerste ronde te worden gekozen, maar doet toch mee aan een tweede ronde.

Wel beschuldigt zijn partij, de Beweging voor Democratische Verandering (MDC), de regering van een intimidatiecampagne in de hoop zo een overwinning voor Mugabe veilig te stellen. Sinds 2000 hebben Mugabe en zijn partij ZANU-PF alle verkiezingen door intimidatie, geweld en fraude gewonnen, aldus waarnemers en mensenrechtenorganisaties.

Tsvangirai zei gisteren tegen de BBC dat zijn MDC en ZANU-PF inmiddels verkennende gesprekken zijn begonnen over de vorming van een regering van nationale eenheid. De MDC heeft een kleine meerderheid in het parlement. De ZANU-PF verloor op 29 maart voor het eerst sinds de onafhankelijkheid in 1980 de meerderheid in de volksvertegenwoordiging. De gesprekken zijn nog in een zeer pril stadium, aldus de MDC-leider.

Tsvangirai, die met het oog op zijn veiligheid in het buitenland verblijft, zegt dat hij voor de tweede stemronde naar Zimbabwe terug zal keren. Op een politieke conferentie in Noord-Ierland zei hij dat het nieuwe parlement, waarin de MDC de meerderheid heeft, nu snel bijeen moet komen. De eerste taak moet het opstellen van een nieuwe grondwet zijn. „Wanneer wij onze vrijheid herkrijgen, zullen wij die angstvallig bewaken”, zei Tsvangirai.

De tweede ronde van de presidentsverkiezingen stond gepland voor 23 mei, maar via een noodwet heeft de regering gezorgd dat een uitstel van negentig dagen mogelijk werd. Tsvangirai denkt dat Mugabe en zijn partijgenoten die tijd zullen gebruiken om de kiezers zo te intimideren dat ze niet meer op de oppositiekandidaat durven te stemmen.

Mugabe noemde op een partijbijeenkomst de verkiezingsresultaten van 29 maart „rampzalig.” De president zei dat de ZANU-PF volledig onvoorbereid en ongeorganiseerd de verkiezingen was ingegaan. Hij beschuldigde de oppositie ervan steun te krijgen van „een vijandige as van machtige buitenlandse regeringen.”