Binnenland

„Nederlandse edelen zijn altijd sober”

Hij stamt uit een van de oudste adellijke families van Nederland. Zijn voorvaders vervulden belangrijke posities aan de top van de politiek en het leger en hadden intensieve contacten met het Koninklijk Huis. „Wat mij opvalt aan een man als mijn grootvader is diens sociale bewogenheid met de mensen om hem heen”, aldus F. C. C. baron van Tuyll van Serooskerken.

Ben Tramper
16 May 2008 09:10Gewijzigd op 14 November 2020 05:51
F. C. C. baron van Tuyll van Serooskerken. Foto RD, Anton Dommerholt
F. C. C. baron van Tuyll van Serooskerken. Foto RD, Anton Dommerholt

De baron heeft het zogenaamde Rode Boekje binnen handbereik. De grote lijnen van zijn familiegeschiedenis zijn hem goed bekend. Maar voor vragen over details van de rijkelijk vertakte stamboom verwijst de edelman graag naar deel 45 van het ”Nederland’s Adelsboek”. Zijn eigen naam staat op pagina 497: Frederik Christiaan Constantijn baron van Tuyll van Serooskerken, geboren te Vlissingen in 1936.In de registers van zijn familie bevinden zich tal van ridders, juristen en legerofficieren. De familie verwierf in de loop der eeuwen heerlijkheden in Gelderland, Brabant en Zeeland. Van Tuyll heeft er een toevoeging aan zijn naam aan te danken: heer van Serooskerke (Schouwen-Duiveland). Enkele van zijn voorvaders hielpen tijdens de Tachtigjarige Oorlog prins Maurits bij het veroveren van steden in Zeeland. „God, Oranje en vaderland, deze drieslag heeft in onze familie altijd hoog in het vaandel gestaan”, zegt Van Tuyll.

De familietak waartoe Van Tuyll behoort, had lange tijd Slot Zuylen in beheer. Zijn grootvader bracht het kasteel in de jaren vijftig onder in een stichting. „Het was ondoenlijk om het te onderhouden”, zegt Van Tuyll. „Mijn grootvader zei tegen mijn vader en diens broers: „We geven het terug aan degenen van wie we het hebben gekregen: de bevolking.” De familie heeft het kasteel ingericht als museum.”

Van Tuyll heeft er zelf tijdens de oorlogsjaren gewoond. „Mijn vader was burgemeester in Domburg en moest onderduiken. Ik werd ondergebracht bij mijn grootouders. Er volgde een onvergetelijke tijd. Mijn grootvader was van hervormden huize. Hij had 24 man personeel in dienst. Zijn mensen lagen hem na aan het hart. Ze moesten er allemaal bij zijn als hij voorafgaand aan de maaltijd een hoofdstuk uit de Statenvertaling voorlas.”

Van Tuylls grootvader genoot onder de inwoners van de Utrechtse gemeente Oud-Zuilen groot aanzien. „Tijdens de oorlog hield hij vele onderduikers in het kasteel verborgen. Dat kon de mensen in het dorp natuurlijk niet ontgaan. Alleen al de aanvoer van voedsel kostte de nodige inspanningen. Nooit is iemand op de gedachte gekomen hem aan de Duitsers te verraden.”

De bekende schrijfster Belle van Zuylen, familie van Van Tuyll, omschreef de adel in de achttiende eeuw als een arrogant instituut dat zijn status ontleent aan koetsen en kastelen. „Ze was nauwelijks 20 jaar toen ze ”Le Noble” schreef. Haar ouders hebben het boek meteen uit de handel laten nemen”, zegt Van Tuyll. „Het beeld dat zij begin negentiende eeuw neerzette, klopt wat mij betreft echt niet. Vergeleken met de adel in het buitenland hebben de edelen zich in Nederland altijd sober en eenvoudig gedragen.”

De adel verloor volgens Van Tuyll vooral na de Eerste Wereldoorlog zijn invloed op de samenleving. „De democratisering nam toe. Dat was een onomkeerbaar proces en volledig op zijn plaats. De adel als bestuurlijke laag had afgedaan.”

Maar wat de adel overkwam, kan de democratie zelf ook overkomen, aldus Van Tuyll. „De laatste jaren vraag ik me wel eens af of onze democratie nog naar behoren functioneert. Mensen zijn volledig los van maatschappelijke en kerkelijke verbanden. Het is mooi dat we allemaal vrij en onafhankelijk zijn, maar we hebben ook waarden nodig waardoor we ons aan elkaar verbonden weten. Soms denk ik dat het ons daar al te zeer aan ontbreekt. Om die reden kan ik me best voorstellen dat sommige politici pleiten voor een morele herbezinning.”

F. C. C. baron van Tuyll van Serooskerken (71) koos na de middelbare school voor een opleiding aan de Hogere Zeevaartschool. Op 36-jarige leeftijd kwam hij in dienst bij uitgeverij Misset, waar hij zijn loopbaan in 1985 beëindigde als adjunct-directeur. De baron was jarenlang dagelijks voorzitter van de Johanniter Orde, een adellijke hulporganisatie op protestants-christelijke grondslag, en lid van het landelijk bestuur van het Nederlandse Rode Kruis. Van Tuyll bekleedde diverse functies in de Nederlandse Hervormde Kerk en de Protestantse Kerk in Nederland. De baron is gehuwd en heeft drie kinderen.

Dit is deel 2 in een serie over de adel. Volgende week deel 3.

Meer over
Blauw Bloed

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer