Raad van State stelt de Passie in het ongelijk
De gemeente Wierden mocht de bovengrens voor de bekostiging van de evangelische scholengemeenschap de Passie op de begroting van 2005 op nul zetten. Dat heeft de Raad van State dinsdag bepaald. Onduidelijk is welke consequenties deze uitspraak precies heeft.
De Raad van State heeft de gemeente Wierden gisteren in hoger beroep in het gelijk gesteld over de vraag of de gemeenteraad het zogenaamde bekostigingsplafond voor de school op de begroting voor 2005 op nul mocht zetten. Wierden voert al drie jaar alleen een pm-post (waarvan de kosten nog niet bekend zijn) op. De bestuursrechter in Almelo bepaalde eerder dat het gemeentebestuur dit voor 2005 niet mocht doen.Wierden steggelt al vijf jaar met de Passie over de komst van de middelbare school naar de gemeente. Het schoolbestuur is in diverse rechtszaken tegen het gemeentebestuur in het gelijk gesteld. Begin maart bepaalde de Raad van State dat de gemeente zorg moet dragen voor huisvesting van de school. Eind maart bereikten beide partijen een akkoord over de tijdelijke huisvesting van de scholengemeenschap in een voormalig schoolgebouw aan de Dr. Beensweg.
De Passie gaat volgens plan op 1 augustus van start. Wethouder D. F. Velten (CDA) kon dinsdagavond geen uitsluitsel geven over de gevolgen van de „ingewikkelde” uitspraak van de Raad van State. „Wij hebben de consequenties nog niet helder.” De wethouder kon ook niet zeggen of hiermee de komst van de school op de helling staat. „Ik kan daar nog geen uitspraak over doen. Ik heb vandaag geprobeerd de impact van deze uitspraak helder te krijgen, maar dat is niet gelukt.” De wethouder bespreekt de beslissing volgende week met juristen.
De gemeente Wierden weigerde de afgelopen drie jaar op de begroting geld te reserveren voor de komst van de school. De Raad van State heeft dinsdag volgens Passiedirecteur Gert Jan Oosterhuis vooral gekeken naar de vraag of de rechtbank in Almelo de gemeente Wierden op goede gronden heeft afgewezen. Hij ziet geen enkele aanleiding om te veronderstellen dat de school niet op 1 augustus van start kan gaan. De uitspraak legt wel een aantal zaken open, aldus Oosterhuis, zoals bijvoorbeeld de bekostiging.
Medio maart eiste gedeputeerde Klaassen van de provincie Overijssel nog dat het gemeentebestuur voor 1 april een bedrag in de begroting zou opnemen. Zo niet, dan zou de provincie de gemeente aanspreken op taakverwaarlozing. Wierden heeft nog altijd geen bedrag opgenomen, erkende wethouder Velten dinsdagavond. De gedeputeerde zou tijdens een bespreking genoegen hebben genomen met een pm-post en de welwillende houding van de gemeente. „De gemeente heeft gezegd eerst duidelijkheid over de omvang van de school te willen hebben voordat een bedrag wordt opgenomen.”
Oosterhuis verwacht er in goed overleg met de gemeente wel uit te komen.