Herdenking bevrijding kamp Dachau
Oud-gevangenen, nabestaanden en andere belangstellenden hebben zaterdag in het Amsterdamse Bos de bevrijding van concentratiekamp Dachau herdacht. De bijeenkomst was, zoals elk jaar, bij het Nationaal Dachau Monument.
Prins Jaime de Bourbon de Parme, zoon van prinses Irene, woonde de herdenking bij. Zijn grootvader zat in de Tweede Wereldoorlog in dit kamp. Ook locoburgemeester Lodewijk Asscher was aanwezig.Bij het monument sprak Marijke Halbertsma-Wiardi Beckman, dochter van Stuuf Wiardi Beckman. Die overleed kort voor de bevrijding van concentratiekamp Dachau. Ze las een couplet van een gedicht dat haar vader in die tijd had geschreven. Ze benadrukte verder dat herdenken nodig blijft om solidariteit te blijven betuigen met degenen die in het kamp zijn omgekomen.
„Met herdenken erkennen wij de beproevingen die de gevallenen moesten doorstaan, met herdenken tonen wij medeleven met de nabestaanden". Zij vindt het bovendien nodig „omdat de waarden waarvoor verzetsmensen zich hebben ingezet voor onze hedendaagse samenleving van groot belang zijn".
Na een kranslegging liepen de aanwezigen volgens traditie over de 60 meter lange kampstraat waarin de namen staan gebeiteld van vijfhonderd Duitse concentratiekampen en buitencommando’s. Ook is er links en rechts langs de weg een hoge bomenrij, net zoals in Dachau zelf. De vloer van het looppad is ongelijk en is in het midden iets verhoogd, wat symbool staat voor de ongelijke wegen en het slechte schoeisel van de kampbewoners.
Van 1933 tot 1945 zijn in totaal ruim 200.000 gevangenen ondergebracht in kamp Dachau, onder wie 2000 Nederlanders. Volgens officiële cijfers zouden bijna 32.000 mensen hier zijn overleden, maar in werkelijkheid is dit aantal veel groter geweest, aldus Stichting Vriendenkring van Oud–Dachauers.