Binnenland

Na 2000 jaar bijna weer in de vaart

Romeinen gebruikten hem als vrachtschip om onder andere het huidige Woerden en De Meern aan te doen. Aan het einde van dit jaar krijgt hij een toeristische bestemming; de replica althans. Bij de Stichting Bouwloods Utrecht wordt momenteel gewerkt aan een kopie van het schip dat in 2003 in Leidsche Rijn werd gevonden.

26 March 2008 10:34Gewijzigd op 14 November 2020 05:40
VLEUTEN – Directeur Liesbeth Bouwhuis (l.) van de Stichting Bouwloods Utrecht bij het in aanbouw zijnde Romeinse vrachtschip. Het is een replica van het schip dat in 2003 in Leidsche Rijn werd gevonden. Het schip wordt eind dit jaar te water gelaten. Foto
VLEUTEN – Directeur Liesbeth Bouwhuis (l.) van de Stichting Bouwloods Utrecht bij het in aanbouw zijnde Romeinse vrachtschip. Het is een replica van het schip dat in 2003 in Leidsche Rijn werd gevonden. Het schip wordt eind dit jaar te water gelaten. Foto

De contouren van het ruim 25 meter lange schip zijn al goed zichtbaar. De dragende zijkanten, zogeheten kimmen, zijn aangebracht. Over enige tijd moeten de planken voor de bodem ertussen worden bevestigd. Het schip ligt onder een afdak van golfplaten achter de werkplaats van de stichting. Naast het schip staan een werkbank, een aambeeld en een ton met steenkool. In een houtblok steken enkele metalen nagels. Het resultaat van een dag smeden.„De metalen nagels worden hier in eigen beheer gemaakt”, aldus Liesbeth Bouwhuis, directeur van de stichting. „We hebben zo’n 4000 nagels nodig.” De stichting heeft als doel mensen met een uitkering aan werkervaring te helpen, zodat ze kunnen doorstromen naar de arbeidsmarkt, bijvoorbeeld in de bouw, als klusjesman of als conciërge.

De stichting ontstond enkele jaren geleden. „Mensen die werkervaring wilden opdoen, bouwden een replica van het Utrechtse statenjacht.” Het jacht vervoerde in de zeventiende en achttiende eeuw vooraanstaande personen. „Toen het jacht af was, wilden we de kennis die we hadden opgedaan niet verloren laten gaan. Daarom hebben we een stichting opgericht om meer projecten te kunnen uitvoeren.” Inmiddels werken bij de stichting veertien mensen, van wie er acht in de houtbewerking ervaring opdoen. Zij blijven gemiddeld zo’n vijftien maanden. Bovendien zijn er drie stagiaires.

Het schip waaraan ze werken, is een replica van de ”De Meern 1”. Dit schip uit ongeveer het jaar 147 werd in 2003 in Leidsche Rijn gevonden en overgebracht naar Lelystad, waar het wordt geconserveerd. „Stichting Het Utrechts Landschap wilde het hout wel betalen. Maar ze hebben niet overzien wat daarvoor kwam kijken.” Bij bestudering van het originele schip bleek dat het was opgebouwd uit twee grote bomen. „Die waren in Nederland niet te vinden, hoewel de bomen die de Romeinen gebruiken hier wel vandaan kwamen.” Na een lange zoektocht, ook in het buitenland, werd een dode eik gevonden bij Windesheim, nabij Zwolle. Deze eik voldeed aan de eisen. De constatering dat de bomen die voor het oorspronkelijke schip zijn gebruikt heel groot moeten zijn geweest, wekt overigens het vermoeden dat er in de Romeinse tijd in Nederland oerbossen met grote bomen moeten hebben gestaan.

De boot wordt volledig bij de stichting gemaakt. Hij zal veel gaan lijken op het origineel, ook al worden er concessies gedaan. „Het was oorspronkelijk een zeilschip. Maar we gaan er niet mee zeilen. Er komt een elektromotor in.” Daarbij komt dat niet van elk onderdeel duidelijk is hoe het precies werkte. „Over het roer is bijvoorbeeld weinig bekend. Dat is namelijk niet bij dit schip aangetroffen. Er is wel een roer gevonden bij Zwammerdam. Maar daar was weer geen schip bij.” Om die reden moeten de bouwers uitproberen welk soort roer uiteindelijk op het schip moet hebben gezeten.

Daarnaast worden er bankjes in gemaakt, evenals een geluidsinstallatie, zodat er toeristen in kunnen worden rondgevaren. Waar het schip uiteindelijk komt te liggen, is nog onbekend. Het centrum van Woerden is wat betreft de stichting de ideale plaats. De gemeente zou in dat geval het schip kunnen gebruiken als toeristische attractie en het kunnen koppelen aan bijvoorbeeld wandelroutes. Ook het Fort Wierickerschans is een optie. Bouwhuis ziet echter het liefst dat het schip zowel in Woerden als bij het fort kan liggen.

Wat er uiteindelijk met het schip wordt gedaan, is echter niet aan de stichting. „Wij leveren het schip af en doen het onderhoud.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer