Van Riessen beschrijft de vier ’functionaliteiten’ in zijn column in het blad van het politiekorps Amsterdam Amstelland. Ondanks fraaie dalingen van de misdaadcijfers voelt de burger zich niet veiliger. Volgens Van Riessen is daarvoor een meer zichtbare politie nodig.

De dichtbijpolitie zijn de agenten in de buurt. „Ze treedt daar streng op als het moet, maar helpt ook mensen waar dat nodig is”, schrijft Van Riessen. De controlepolitie is aanwezig op de weg, op het water, op de rails en in de metro.

De opsporingspolitie wordt gevormd door de recherche. Deze politie richt zich op de harde criminaliteit, maar ook op veelplegers zoals winkeldieven en straatrovers. De ordepolitie moet rellen en ongeregeldheden voorkomen.

Van Riessen verwacht dat deze manier van werken, duidelijk zichtbaar voor de mensen, leidt tot een afname van de onveiligheidsgevoelens.