SCP signaleert gebrek aan vrijwilligers
DEN HAAG - De vraag naar zorg van vrijwilligers zal de komende jaren toenemen, maar het is twijfelachtig of aan die vraag kan worden voldaan.
Dat concludeert het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) in de dinsdag verschenen publicatie ”Vrijwillig verzorgd”. De zorg loopt uiteen van huisbezoeken, vervoer en begeleiding tot stervensbegeleiding en hulp bij rouwverwerking. Daarnaast richt een deel van de zorg zich op de mantelzorgers. Organisaties van vrijwilligers bieden steun via onkostenvergoedingen, scholing, collectieve verzekeringen en sociaal-juridische adviezen.Door de vergrijzing en het feit dat ouderen langer zelfstandig blijven, zal het aantal zorgvragen en de complexiteit ervan toenemen. Onderzoeker J. Devilee stelt dat de vrijwilliger van de toekomst beter geschoold moet zijn. Ook de samenwerking met burgerlijke gemeenten en de professionele zorg moeten beter.
Omdat 55-plussers langer doorwerken en meer vrouwen een baan hebben, is het de vraag of het aanbod van vrijwilligers de komende jaren op peil blijft, aldus het SCP.
P. van Steenselen, leidinggevende verenigingszaken bij de Nederlandse Patiëntenvereniging (NPV), noemt nog twee andere oorzaken: jongeren en allochtonen zijn minder bereid tot vrijwilligerswerk, terwijl een aantal mensen zich nog wel voor een bepaald project wil inzetten, maar niet meer jarenlang bestuurswerk wil doen. „Anderzijds worden jongeren nu via maatschappelijke stages wel gestimuleerd vrijwilligerswerk te gaan doen. Ook zien we onder de jongere ouderen (55-65 jaar) mogelijkheden meer vrijwilligers te werven.”
De NPV kampt in de plaatselijke afdelingen met een tekort aan bestuursleden. „Daarom houden we dit jaar een workshop ”Hoe werf je bestuursleden”. Van onze vrijwilligers zijn er 700 bestuurlijk bezig en 2100 in de thuishulp. Binnen die laatste groep bemerken we nog geen tekort; het aantal nam vorig jaar met 4 procent toe.”
Het aantal geboden uren hulp steeg in 2007 van 52.530 naar 56.991, het aantal mannelijke vrijwilligers van 6,8 naar 11 procent.
Het Deputaatschap Diaconale en Maatschappelijke Zorg (DMZ) van de Gereformeerde Gemeenten constateert nog geen gebrek aan vrijwilligers, zegt algemeen secretaris P. Klop. De invoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) per 1 januari 2007 heeft ertoe geleid dat kerken zich bezinnen op de mogelijkheden van vrijwillige hulp binnen de gemeenten, constateert Klop. „We zien een duidelijke groei van het vrijwilligerswerk binnen de kerkelijke gemeenten. Van het totaalaantal leden is zo’n 10 à 15 procent beschikbaar. Behalve mensen die huishoudelijke hulp geven en boodschappen doen, zijn er nu ook vrijwilligers die zich bijvoorbeeld op administratief terrein inzetten, zoals het helpen van ouderen met het invullen van formulieren. Men probeert het werk over zo veel mogelijk mensen te spreiden, zodat het niet te snel een belasting wordt.”