Een bondgenoot, geen boosdoener
AMERSFOORT - Bestaat de mogelijkheid nog om te laten zien dat liefde en trouw onlosmakelijk aan elkaar verbonden zijn? Kunnen we ongewenste invloeden van media nog beperken? Vragen te over tijdens het door de Evangelische Hogeschool (EH) georganiseerde symposium ”Eros zonder schaamte”, gisteren in Amersfoort.
Over de oppervlakkigheid van veel seksuele verlangens zijn scenarioschrijver Reinier Sonneveld, prof. dr. W. J. Ouweneel en seksuoloog P. Wagenaar het deze middag met elkaar eens. Maar zijn ze dat ook over de vraag of seksuele opvoeding nu vooral een plek moet krijgen in het gezin of op school? Gezien de moeite van veel ouders om over seksualiteit te praten, pleit Wagenaar ervoor om vanaf groep 1 op de basisschool tot klas 6 van het VWO relationele vorming op de agenda te zetten. Ouweneel ziet seksuele voorlichting echter vooral als een eerste taak van ouders. „Als ik hoor hoe bedreigend het is voor mensen wanneer er expliciet, maar toch Bijbels over seksualiteit wordt gesproken, maak ik me grote zorgen over hoe het er in die ouderlijke slaapkamers aan toegaat. Als jonge mensen het bovendien allemaal zelf moeten uitvogelen omdat er thuis een gesloten houding is, gebeurt dat op een verkeerde manier.”Het is duidelijk waarom de Bijbel zo fel tegen buitenechtelijke geslachtsgemeenschap is, stelt Ouweneel. „God is gericht op ons welzijn. Seksualiteit en liefde horen bij elkaar. Liefde impliceert een duurzame relatie. Geen vluchtig contact of enkel verliefdheid.”
Hoewel de hoogleraar beseft dat de gebrokenheid van het leven ook doorwerkt in het huwelijksleven van christenen, zijn juist zij bij uitstek mensen die goed zicht moeten hebben op seksualiteit. „Er is toch een overeenkomst met de agapè, de hoogste vorm van liefde, die door de Heilige Geest in hun hart is uitgestort? Wel zie ik dat het in de praktijk veel gecompliceerder ligt, waardoor ook christenen bij seksuologen terechtkomen.”
Is er een verband tussen seksverslaving en demonie? Ouweneel: „Niet alle verslaving is demonie, maar verslaving is wel een toegangspoort voor geestelijke machten om een stuk geestelijk leven in beslag te nemen.” Wagenaar: „Een deel van de seksverslaafden heeft een psychiatrisch probleem en dus moeten we ook vanuit die hoek aan het probleem werken. Wel moeten we de geestelijke dimensie uitdrukkelijk meenemen.”
Eén ding weet de hoogleraar zeker: seksverslaving mag niet worden onderschat. „Als ik over dit thema ergens spreek, zijn er altijd mensen die na afloop naar mij toekomen en erkennen dat ze er zelf ook onder gebukt gaan. Laat ik het eens uitdagend zeggen: Ook in deze zaal zijn er mensen verslaafd aan porno. Daarbij zeg ik vaak tegen vrouwen van pornoverslaafde mannen: Zie je man niet als boosdoener, maar als bondgenoot. Ga voortaan niet eerder naar bed dan je man, zodat hij niet uren alleen op internet kan surfen.”
Hoe zit het met zelfbevrediging, zo vraagt een studentenwerker zich af. Past dat in de gedachte van Ouweneel dat heiligheid en seksualiteit bij elkaar horen? „Als we enkel denken in termen van zonde zijn we snel met het onderwerp klaar. Mensen die tekeergaan tegen masturbatie, maar het heel normaal vinden dat zij geslachtsgemeenschap hebben met hun vrouw ook al heeft die daar geen zin in, doen echter precies datgene wat ze verafschuwen: ze bevredigen alleen zichzelf. Seksualiteit komt Bijbels gezien echter alleen tot zijn recht als je leert primair gericht te zijn op de ander. Jij bent altijd nummer twee. Ik ben wel eens bang dat seksualiteit in veel huwelijken is gereduceerd tot wederzijdse zelfbevrediging.”
Is schaamte rond seksualiteit gezond? Ouweneel: „Het is een gekke situatie dat we in een versekste maatschappij leven en dat christenen niet eens met hun eigen kinderen over seksualiteit praten. Laten we ons ontdoen van die valse schaamte. Daarbij introduceer ik graag het VBOK-principe: niet alleen zeggen dat iets niet mag, maar ook de helpende hand bieden.”
„Ik ben er blij mee als kinderen zich rond hun achtste gaan schamen”, reageert Wagenaar. „Het hoort bij hun ontwikkeling dat ze zich bewust worden van hun eigenheid. Dat moeten we honoreren. We moeten open met elkaar over seksualiteit durven spreken, maar God heeft ons de schaamte gegeven als beschermende functie om onze eigenheid te bewaren.”