Gekneveld en beroofd na huwelijksfeest
NIJKERKERVEEN - Het 45-jarig huwelijksfeest van de familie van de Bor uit Nijkerkerveen kende vrijdag- op zaterdagnacht wel een heel bizarre afloop. Nog maar net thuis werd het echtpaar met hun vier logés op brutale wijze overvallen en gekneveld door twee mannen. „Je voelt je op zo’n moment heel klein.”
Het echtpaar Van de Bor, beiden 65, lag vrijdagnacht net op bed na hun huwelijksfeest. „Opeens schrokken we wakker van een luid geschreeuw op de slaapkamer waar mijn zoon met zijn vrouw en 8-jarig dochtertje lagen”, vertelt de hevig geschrokken C. van de Bor.Twee mannen met bivakmutsen op dreigden met hun vuurwapens en joegen Van de Bor en zijn vrouw, het gezin van zijn zoon en nog een gast in een van de slaapkamers. „We hebben daar met z’n zessen drie kwartier tot een uur gekneveld op de grond gelegen. Een van de mannen hield ons onder schot, terwijl die andere kerel ons huis doorzocht.”
Het had niet veel langer moeten duren, zegt de Nijkerkervener. „Ze hadden de handboeien zo strak bij mij omgedaan, dat mijn handen al helemaal blauw werden.”
Van de Bor en de anderen maakten benauwde momenten mee. „De twee overvallers waren op zoek naar geld, maar ze konden niet snel genoeg wat vinden. Daardoor werd de sfeer steeds grimmiger. Ze schreeuwden maar waar sleutels of andere spullen lagen. Ik dacht de hele tijd: Als dit maar goed afloopt. Straks gebeuren er nog gekke dingen.”
Behalve dat de Nijkerkervener af en toe wat moest antwoorden op het gesnauw van de mannen, werd er voor de rest niet gepraat in de slaapkamer. „Mijn mobieltje hadden ze ook kapot getrapt en de vaste telefoon hadden ze van de muur getrokken. De kerels riepen steeds tegen ons: „Geld kun je verdienen, maar je leven kun je niet kopen.” Dat was heel angstig. Op zo’n moment voel je je heel klein. Als je onder schot wordt gehouden kan het geld je niets meer schelen.”
Na een klein uurtje vertrokken de twee mannen -naar schatting tussen de twintig en dertig jaar oud-, die vermoedelijk via het forceren van een terrasdeur het huis zijn binnengeslopen. „Ze deden de slaapkamer op slot en vertrokken met mijn Mercedes.”
Gelukkig hadden de overvallers het 8-jarige meisje niet vastgebonden. „Mijn vrouw had dan ook direct de tegenwoordigheid van geest om tegen onze kleindochter te zeggen dat er op de kaptafel een schaar lag, waarmee ze ons kon losknippen.”
Nadat het meisje haar ouders en opa en oma had bevrijd, moest de familie nog wel uit de slaapkamer zien te komen. Van de Bor: „We hebben toen een matras buiten op de grond gegooid en mijn vrouw is via een sloop naar beneden gegaan. Aan de overkant van de weg woont nog een zoon van mij en daar heeft mijn vrouw de politie gebeld. Mijn zoon schrok zich natuurlijk wild dat in het holst van de nacht zijn moeder aan de deur stond met zo’n verhaal. Hij had er niets van gemerkt.”
De politie was snel ter plaatse. De Mercedes werd dankzij het gps-systeem in de auto ook vrij snel teruggevonden. Van de twee mannen ontbreekt ieder spoor. „Met het oog op het onderzoek mochten we die nacht niet meer ons eigen huis in. Ook moest ik mee naar het bureau om alles te vertellen. Ik was pas om half elf ’s ochtends weer thuis. Vervolgens kwamen veel mensen die het verhaal inmiddels hadden gehoord poolshoogte nemen. We hebben die dag direct nieuwe sloten op het huis laten zetten. ’s Avonds zijn we als een blok in slaap gevallen. Natuurlijk voel je je wel even onveilig in je eigen huis.”
Van de Bor mag van de politie geen mededelingen doen over wat de overvallers precies hebben meegenomen. „Wat weg is, is weg. Ik ben blij dat we nog leven. De politie heeft gevraagd of we slachtofferhulp willen, maar vooralsnog hebben we dat niet nodig. We praten er onderling veel over. M’n zoon is vandaag met zijn vrouw en dochtertje weer teruggegaan naar Spanje. Misschien krijgen we straks een terugslag, maar dat zien we dan wel weer.”